1h/v Chapitre 2 les 9 1X

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Bonjour!

C'est quoi?

Programme

- parler français 

- écrire français

- bloc E 

- travail individuel / corriger

- bloc D réviser

Wat weet je nog van de vorige les?

Parler et (écrire) en français      

A: Bonjour

B: Bonjour

A: Monsieur, la carte s'il vous plait

B: Voilà

A: Je voudrais un thé et un sandwich au fromage s'il vous   plait

B: Un thé et un sandwich au fromage, voilà

A: Où sont les toilettes?

B: C'est ici

A: Monsieur, l'addition s'il vous plait.

B: Voilà, 6 euros s'il vous plait

A: Merci et au revoir

B: Au revoir

Parler et (écrire) en français      

A: Hallo

B: Bonjour

A: Ober, de kaart alstublieft.

B: Voilà

A: Ik wil graag een cola en een pizza alstublieft.

B: Un coca et une pizza, voilà

A: Où sont les toilettes?

B: C'est ici

A: Ober, de rekening alstublieft.

B: Voilà, 8 euros s'il vous plait

A: Bedankt en tot ziens

B: Au revoir

Parler et (écrire) en français      

A: Bonjour

B: Hallo

A: Monsieur, la carte s'il vous plait

B: Hier, alstublieft

A: Je voudrais une orangina et un sandwich au jambon s'il vous plait

B: Een orangina en een broodje ham, hier, alstublieft

A: Où sont les toilettes?

B: Dat is hier

A: Monsieur, l'addition s'il vous plait.

B: Hier alstublieft, 7 euro, alstublieft

A: Merci et au revoir

B: Tot ziens

Je préfère les pizzas

1. Ik hou van pizza's
2. Ik heb liever pizza's
3. Ik heb een hekel aan pizza's
4. Ik neem pizza's

Monsieur, l'addition s'il vous plait

1. Ober, de rekening
2. Ober, de kaart
3. Ober, het eten

Waar is de wc?

1. Ou sont les toiletes?
2. Où ont les toilettes?
3. Où sont les toilettes?
4. Ou sont les toilettes?

Bedankt en tot ziens

Bloc E  Jeunes detectives

Wat weet je nog van de vorige aflevering?

La mer - le tube - rouleau de papier

Corriger exercice 20a

Bloc E  Jeunes detectives

On va regarder la deuxième épisode

On va faire exercice 20c

Travail individuel

1. Corriger exercices 16, 17, 18  (Bron D p. 72-75)

2. Faire exercice 21, 22, (Bron E p.79)

3. Faire ' La Carte '                     inleverdatum: 

* Nakijken = ook verbeteren*

Un exemple  (een voorbeeld) 

1. De naam van jouw restaurant.

2. Een lijst met drankjes (voca lijst)

3. Een lijst met eten.

(gebruik de voca lijst + 5 gerechten uit de opdracht bon appétit)

4. Schrijf overal de prijzen bij.

Wat weet je nog van het vervoegen
van een werkwoord dat eindigt op ER?

Regelmatige werkwoorden op

-er vervoegen.

1. Zoek de stam:

Haal __?___van het werkwoord.

2. Plak de juiste uitgang achter de stam. 

ik
jij
hij
zij
wij
jullie
zij(m)
zij (v)

Les pronoms personnels

Je

Elles

Nous

il

Tu

Elle

Vous

Ils

-e

-es

-e

-ons

-ez

-ent

je

tu

il/elle/on

nous

vous

il/elles

Jullie komen aan (arriver)

Hij is dol op (adorer)

Wij hebben een hekel aan (détester)