2HA ww tt stam op d of t

1 / 17
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Lesdoel
Grammatik
- Ik kan werkwoorden met stam op -d of -t in de tegenwoordige tijd vervoegen
- Ik kan het voltooid deelwoord van zwakke werkwoorden met stam op -d of -t vervoegen

Slide 2 - Slide

Agenda
- lesson up met herhaling & uitleg 
- opdrachten Seite 
- Spiel (spelletje) in groepen
- Afsluiting met vragen

Slide 3 - Slide

Stam van een werkwoord
Hoe vorm je de stam van een werkwoord?

Slide 4 - Slide

Stam van spielen

Slide 5 - Open question

Stam van vermissen

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Slide

werkwoord vervoegen
1. stam (stam van spielen is spiel-)
2. persoonsvorm (IDEWIS)
3. uitgang werkwoord ((fe)esttenten)

Slide 8 - Slide

ich
du
jij
ik

Slide 9 - Drag question

Idewis
ich = ik
du = jij
er, sie, es = hij, zij, het
wir = wij
ihr = jullie
sie = zij (mv)
Sie = u
eerste letters vormen het woord IDEWIS

Slide 10 - Slide

Hoofdregel (fe)esttenten
FE-
ich
spiele
du
spielst
er / sie / es
spielt
wir
spielen
ihr
spielt
sie / Sie
spielen

Slide 11 - Slide

Idewis + stam + uitgang
du spielst
er wohnt
sie gehen
ihr singt

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

nieuwe regel!
Als de stam van een werkwoord eindigt op -d of -t, wordt er bij de uitgangen -st (du) en -t (er/sie/es en ihr) een extra -e ingelast.

Slide 14 - Slide

werkwoord stam -d of -t, extra -e!
reden = praten
stam= red-
du redest
er/sie/es redet
ihr redet
Ich habe gestern mit ihr geredet

Slide 15 - Slide

ezelbruggetje
stam op -d of -t
extra -e-!

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide