This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slide.
Items in this lesson
Het oog
Slide 1 - Slide
Horen
Zien
Ruiken
Proeven
Voelen
Oog
Neus
Oor
Tong
Huid
Slide 2 - Drag question
Wat is een adequate prikkel voor je...
Oog
Oor
Neus
Tong
Huid
licht
geluid
geurstoffen
smaakstoffen
temperatuur
pijn
vormen
Slide 3 - Drag question
Welke van deze delen kunnen het netvlies tegen te fel licht beschermen?
A
De iris en de oogleden met wimpers
B
De lens en de oogleden met wimpers
C
Het hoornvlies en de iris
D
Het hoornvlies en de lens
Slide 4 - Quiz
Iris
Pupil
harde oogvlies
Slide 5 - Drag question
wenkbrauw
traanklier
traanbuis
pupil
wimper
iris
ooglid
harde oogvlies
Slide 6 - Drag question
Dit beschermt je ogen tegen zweet
A
Pupil
B
Iris
C
Wenkbrauw
D
Wimpers
Slide 7 - Quiz
Welke van deze delen kunnen het netvlies tegen te fel licht beschermen
A
De iris en de oogleden met wimpers
B
De lens en de oogleden met wimpers
C
Het hoornvlies en de iris
D
Het hoornvlies en de lens
Slide 8 - Quiz
Via welk onderdeel van je oog komt het licht in je oog?
A
Iris
B
Pupil
C
Oogwit
Slide 9 - Quiz
Zet de woorden in de juiste volgorde.
Het licht dat je oog binnenkomt gaat langs:
-->
-->
-->
-->
glasachtig lichaam
hoornvlies
lens
pupil
netvlies
Slide 10 - Drag question
Bibi heeft blauwe ogen. Welk onderdeel van de ogen zorgt ervoor dat Bibi blauwe ogen heeft?
A
De iris.
B
De pupil
C
Het harde oogvlies
D
Het hoornvlies
Slide 11 - Quiz
wat is de functie van de oogzenuw?
A
Impuls naar hersenen brengen
B
prikkel omzetten in een impuls
C
brengt voedingsstoffen naar het oog
D
maakt een scherp beeld op het netvlies
Slide 12 - Quiz
wat is de functie van de netvlies?
A
Impuls naar hersenen brengen
B
prikkel omzetten in een impuls
C
brengt voedingsstoffen naar het oog
D
maakt een scherp beeld op het netvlies
Slide 13 - Quiz
wat is de functie van de vaatvlies?
A
Impuls naar hersenen brengen
B
prikkel omzetten in een impuls
C
brengt voedingsstoffen naar het oog
D
maakt een scherp beeld op het netvlies
Slide 14 - Quiz
wat is de functie van de lens?
A
Impuls naar hersenen brengen
B
prikkel omzetten in een impuls
C
brengt voedingsstoffen naar het oog
D
maakt een scherp beeld op het netvlies
Slide 15 - Quiz
Harde oogvlies
Netvlies
Vaatvlies
Vangt lichtprikkels op
beschermt alles wat binnenin het oog zit
Hierin zitten de bloedvaatjes die stoffen vervoeren die het oog nodig heeft
Q
R
S
Slide 16 - Drag question
iris
netvlies
lens
blinde vlek
pupil
oogzenuw
Slide 17 - Drag question
Welk onderdeel van het oog zorgt voor de hoeveelheid lichtinval in het oog?
A
Netvlies
B
Pupil
C
Hoornvlies
D
Lens
Slide 18 - Quiz
Hoe noem je het groter en kleiner worden van de pupil?
A
oogreflex
B
pupilreflex
C
accomoderen
D
accomodatiereflex
Slide 19 - Quiz
Bij fel licht is de pupil...
A
klein
B
groot
Slide 20 - Quiz
bij weinig licht is de pupil
A
Klein
B
groot
Slide 21 - Quiz
Welke spieren zijn aangespannen als de pupil groot is
A
lengtespieren
B
kringspieren
Slide 22 - Quiz
welke spieren zijn aangespannen als de pupil klein is
A
lengtespieren
B
kringspieren
Slide 23 - Quiz
Hoe heet het als de lens van vorm veranderd?
A
pupilreflex
B
accomoderen
C
decentraliseren
D
centraliseren
Slide 24 - Quiz
Je wilt dichtbij kijken; wat is de vorm van de lens?
A
plat
B
bol
Slide 25 - Quiz
Je wilt veraf kijken; wat is de vorm van de lens?
A
plat
B
bol
Slide 26 - Quiz
De lens van het oog kan van vorm veranderen (accomoderen). Marieke kijkt naar een kaars in de verte, welke "vorm" hebben haar lensbandjes en haar lens?