TV 5 Begrippen

TV 5 Begrippen
1 / 18
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

TV 5 Begrippen

Slide 1 - Slide

Wat is hervorming?
A
Het veranderen van iets
B
Iets hetzelfde houden
C
Iets een mooie vorm geven
D
Reorganiseren

Slide 2 - Quiz

Wat werd er hervormd in de tijd van de ontdekkers en hervormers?
A
De gebouwen
B
De wapens
C
Het christelijke geloof
D
Het uiterlijk van de mens

Slide 3 - Quiz

Erasmus was een ...
A
renaissance kunstenaar
B
humanist
C
ontdekkingsreiziger
D
wetenschapper

Slide 4 - Quiz

Erasmus was een....
A
ketter
B
Nederlandse geleerde
C
lid van de geuzen
D
protestant

Slide 5 - Quiz

Erasmus is
A
De schilder van de Sixtijnse Kapel
B
De uitvinder van de boekdrukkunst
C
Een humanist uit Italië
D
De schrijver van Lof der Zotheid

Slide 6 - Quiz

Wie was Erasmus?
A
Een ontdekkingsreiziger die als eerste een eigen schip heeft gebouwd.
B
De eerste man in Nederland die een brug heeft gebouwd
C
Een filosoof/ humanist die graag oude talen en boeken van de oudheid bestudeerde
D
Een filosoof die Amerika en de eerste aap heeft ontdekt

Slide 7 - Quiz

Wie was Maarten Luther?
A
Een katholiek, die kritiek had op het protestantse geloof
B
Een Paus
C
Een protestant, die kritiek had op het katholieke geloof
D
De koning van Spanje

Slide 8 - Quiz

Wie was Maarten Luther?
A
Iemand die de kerk wilde hervormen
B
Iemand die het altijd eens was met de paus
C
Iemand die heel rijk was geworden als priester
D
Iemand die helemaal niet in god geloofde

Slide 9 - Quiz

Wie was Maarten Luther?
A
Monnik
B
Paus
C
Wetenschapper
D
Filosoof

Slide 10 - Quiz

Maarten Luther wil
A
De Rooms katholieke kerk hervormen (veranderen)
B
Een nieuw geloof stichten
C
Het gebruik van aflaten afschaffen
D
Karel de V zijn plek innemen

Slide 11 - Quiz

Reformatie is ...
A
Het oprichten van een nieuw geloof
B
De scheiding binnen de protestantse kerk
C
De scheiding binnen de katholieke kerk
D
De scheiding binnen de christelijke kerk

Slide 12 - Quiz

Renaissance
A
1300-1600
B
1300-1700
C
1300-1500
D
1100-1300

Slide 13 - Quiz

Wat is de Renaissance?
A
Italiaans voor "middeleeuwen", dat woord ontstond in de 16e eeuw
B
Bloeiperiode van de kunst en wetenschap, waarbij ze terugkeken naar de Klassieke Oudheid.
C
Strijd tussen paus en keizer over wie de meeste macht in de wereld had.
D
De "nieuwe" tijd na de middeleeuwen, waarin men totaal nieuwe ontdekkingen deed.

Slide 14 - Quiz

Wat is de Renaissance?
A
Italiaans voor "uitvindingen", dat woord ontstond in de 16e eeuw
B
Bloeiperiode van de kunst en wetenschap, waarbij ze terugkeken naar de Klassieke Oudheid.
C
Strijd tussen paus en keizer over wie de meeste macht in de wereld had.
D
De "nieuwe" tijd na de middeleeuwen, waarin men totaal nieuwe ontdekkingen deed.

Slide 15 - Quiz

Wat was de Renaissance?
A
(weder)geboorte van de klassieke Oudheid
B
(weder)geboorte van de Middeleeuwen
C
Periode tussen de Oudheid en Middeleeuwen
D
Periode voor de Oudheid

Slide 16 - Quiz

Renaissance of Middeleeuwen?
Dit schilderij is of renaissance of middeleeuwen
9.
A
Renaissance
B
Middeleeuwen

Slide 17 - Quiz

Renaissance betekent
Renaissance betekent:
A
nieuwe interesse voor de oudheid
B
nieuwe interesse voor andere werelddelen
C
nieuwe interesse voor het geloof
D
nieuwe interesse voor de kunst

Slide 18 - Quiz