What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
1v - herhaling delend lidwoord
Qu'est qu'on va faire?
1. herhalen delend lidwoord
2. oefenen met delend lidwoord
1 / 30
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
30 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Qu'est qu'on va faire?
1. herhalen delend lidwoord
2. oefenen met delend lidwoord
Slide 1 - Slide
lidwoorden: verschil FR - NL
ik eet een croissant
je mange ...
ik eet frites
Slide 2 - Slide
lidwoorden: verschil FR - NL
ik eet een croissant
je mange
un
croissant
ik eet frites
Slide 3 - Slide
lidwoorden: verschil FR - NL
ik eet een croissant
je mange
un
croissant
ik eet frites
je mange
des
frites
REGEL?
Slide 4 - Slide
lidwoorden: verschil FR - NL
ik eet een croissant
je mange
un
croissant
ik eet frites
je mange
des
frites
NL: geen lidwoord? --> FR:
du, de la, des
(= delend lidwoord)
Slide 5 - Slide
lidwoorden: verschil FR - NL
ik eet een croissant
je mange
un
croissant
ik eet frites
je mange
des
frites
ik wil graag salade
je voudrais
...
ik wil graag brood
NL: geen lidwoord? --> FR:
du, de la, des
(= delend lidwoord)
Slide 6 - Slide
lidwoorden: verschil FR - NL
ik eet een croissant
je mange
un
croissant
ik eet frites
je mange
des
frites
ik wil graag salade
je voudrais
de la
salade
ik wil graag brood
NL: geen lidwoord? --> FR:
du, de la, des
(= delend lidwoord)
Slide 7 - Slide
lidwoorden: verschil FR - NL
ik eet een croissant
je mange
un
croissant
ik eet frites
je mange
des
frites
ik wil graag salade
je voudrais
de la
salade
ik wil graag brood
je voudrais
du
pain
NL: geen lidwoord? --> FR:
du, de la, des
(= delend lidwoord)
Slide 8 - Slide
lidwoorden: verschil FR - NL
ik eet geen croissant
je ne mange pas
...
croissant
ik eet geen frites
Slide 9 - Slide
lidwoorden: verschil FR - NL
ik eet geen croissant
je ne mange pas
de
croissant
ik eet geen frites
Slide 10 - Slide
lidwoorden: verschil FR - NL
ik eet geen croissant
je ne mange pas
de
croissant
ik eet geen frites
je ne mange pas
de
frites
REGEL?
Slide 11 - Slide
lidwoorden: verschil FR - NL
ik eet geen croissant
je ne mange pas
de
croissant
ik eet geen frites
je ne mange pas
de
frites
NL: geen lidwoord, ontkenning? --> FR:
de
Slide 12 - Slide
lidwoorden: verschil FR - NL
ik eet veel croissants
je mange beaucoup
....
ik eet een kilo frites
Slide 13 - Slide
lidwoorden: verschil FR - NL
ik eet veel croissants
je mange beaucoup
de
croissants
ik eet een kilo frites
Slide 14 - Slide
lidwoorden: verschil FR - NL
ik eet veel croissants
je mange beaucoup
de
croissants
ik eet een kilo frites
je mange un kilo
de
frites
REGEL?
Slide 15 - Slide
lidwoorden: verschil FR - NL
ik eet veel croissants
je mange beaucoup
de
croissants
ik eet een kilo frites
je mange un kilo
de
frites
NL: geen lidwoord, hoeveelheid? --> FR:
de
Slide 16 - Slide
lidwoorden: verschil FR - NL
ik drink water
je bois
....
eau
ik drink geen water
ik drink weinig water
Slide 17 - Slide
lidwoorden: verschil FR - NL
ik drink water
je bois
de l
'eau
ik drink geen water
ik drink weinig water
Slide 18 - Slide
lidwoorden: verschil FR - NL
ik drink water
je bois
de l
'eau
ik drink geen water
je ne bois pas
d'
eau
ik drink weinig water
Slide 19 - Slide
lidwoorden: verschil FR - NL
ik drink water
je bois
de l
'eau
ik drink geen water
je ne bois pas
d'
eau
ik drink weinig water
je bois peu
d'
eau
klinkerbotsing? --> FR:
de l', d'
Slide 20 - Slide
wat is een delend lidwoord?
A
un, une
B
du, de la, des
C
le, la, les
Slide 21 - Quiz
vul aan: je ne veux pas ....
A
de lait
B
du lait
C
lait
Slide 22 - Quiz
vul aan: il y a beaucoup...
A
tomates
B
des tomates
C
de tomates
Slide 23 - Quiz
vul aan: je voudrais ....
A
de salade
B
salade
C
de la salade
Slide 24 - Quiz
vul aan: je mange un kilo...
A
du frites
B
de la frites
C
de frites
D
frites
Slide 25 - Quiz
vul aan: je ne bois pas...
A
d'eau
B
de la eau
C
eau
D
de l'eau
Slide 26 - Quiz
vul aan: je ne bois pas...
A
de coca
B
de la coca
C
des coca
D
de l'coca
Slide 27 - Quiz
vul aan: Il mange .... pommes?
A
de
B
de la
C
des
D
de l'
Slide 28 - Quiz
vul aan: Je bois ... limonade.
A
de
B
de la
C
des
D
de l'
Slide 29 - Quiz
vul aan: Je bois ... limonades.
A
de
B
de la
C
des
D
de l'
Slide 30 - Quiz
More lessons like this
delend lidwoord begin Lessonup
June 2021
- Lesson with
26 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
1v - herhaling delend lidwoord
March 2021
- Lesson with
18 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
L'article partitif - het delend lidwoord - brugklas
June 2022
- Lesson with
38 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1,2
22- 23 Het delend lidwoord
April 2023
- Lesson with
23 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t, vwo
Leerjaar 1
Het delend lidwoord / chapitre 5 bron D
April 2024
- Lesson with
36 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 3
hoofdstuk 5
November 2023
- Lesson with
19 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
L' Article
May 2020
- Lesson with
21 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Delend lidwoord 3havo
June 2022
- Lesson with
19 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 3