This lesson contains 19 slides, with text slides.
inkomen uit arbeid:
bijv. salaris, vakantiegeld, loon in natura en de winst van een ondernemer die in zijn eigen zaak werkt
inkomen uit bezit:
bijv. rente over je spaargeld, dividend (aandelen), huuropbrengst, winst voor de eigenaar van een bedrijf (= inkomen uit arbeid en uit bezig!!)
inkomen uit overdrachten:
bijv. zak- en kleedgeld, toeslagen en uitkeringen. je ontvangt geld zonder dat je er een directe prestatie voor hoeft te leveren
Inwoners in Nederland ongeveer 17 miljoen
Maken:
opgaven 17 t/m 28
en rekenen 3,4 en 5
meteen samen bespreken:20, 22 en 25
Eigen controle:
Kun je antwoord geven op de 3 vragen bovenaan blz. 14?