4.2 Een vrouw deel 1

H4 Voortplanting en seksualiteit
4.2 Een vrouw
???
1 / 37
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

H4 Voortplanting en seksualiteit
4.2 Een vrouw
???

Slide 1 - Slide

Planning
- Herhalen BS 1
- Lesdoelen BS 2
- Uitleg BS 2
- Check lesdoelen

Slide 2 - Slide

De penis is een secundair geslachtskenmerk.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quiz

De vagina is een primair geslachtskenmerk.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quiz

Borsten zijn een primair geslachtskenmerk.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quiz

4.2 Een vrouw

Slide 6 - Slide

Lesdoel
Je kunt de delen van het voortplantingsstelsel van een vrouw noemen met hun functies en kenmerken.
Je kunt de menstruatiecyclus beschrijven.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Voortplantingsstelsel van de vrouw. De meeste voortplantingsorganen liggen in de onderbuik
Voortplantingsstelsel van de vrouw.
De meeste voortplantingsorganen liggen in de onderbuik. 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide


nr. 2

A
eierstok
B
urineblaas
C
zaadleider
D
eileider

Slide 11 - Quiz

Bevruchting
In de eileider versmelt de kern van de mannelijke geslachtscel (de zaadcel) met de kern van een vrouwelijke geslachtscel (eicel).

De kop van de zaadcel dringt de eicel binnen. Als dat is gebeurd, wordt de buitenste laag van de eicel ondoordringbaar. 

Andere zaadcellen 
kunnen de eicel 
niet meer binnendringen

Slide 12 - Slide

Waarin liggen de eicellen?
A
Eierstokken
B
Baarmoeder
C
Eilleider
D
Vagina

Slide 13 - Quiz

Vruchtbare periode
Na de ovulatie blijft een onbevruchte eicel ongeveer 12 tot 24 uur leven.
Daarna sterft de eicel af in de eileider. De resten worden opgenomen in het bloed.
Alleen als de eicel wordt bevrucht, kan de eicel langer in leven blijven.

Zaadcellen kunnen in het lichaam van de vrouw ongeveer 3 dagen leven. Ze gaan via de baarmoeder naar de eileiders.

Elke 4 weken is er een periode van ongeveer 5 dagen dat een geslachtsgemeenschap kan leiden tot bevruchting van een eicel. Dit is de vruchtbare periode. 

De vruchtbare periode duurt van ongeveer 3 dagen voor de ovulatie tot 1 of 2 dagen na de ovulatie.

Slide 14 - Slide

Innesteling
In de eileider: De bevruchte eicel deelt zich meteen een aantal keren. Het klompje cellen wordt door de eileider naar de baarmoeder vervoerd. 

De baarmoeder heeft op dat moment een dikke laag spieren met aan de binnenkant een laag slijmvlies. 
Dat baarmoederslijmvlies is erg dik geworden en bevat veel bloedvaten.

Het klompje cellen zet zich vast in het slijmvlies, dat noem je innesteling. Als dit gebeurt, is de vrouw zwanger.

Na ongeveer 9 maanden is het klompje cellen uitgegroeid tot een baby.

Eerste delingen van de bevruchte eicel

Slide 15 - Slide

Hoe noemen we het samensmelten
van zaadcel en eicel?
A
bevruchting
B
innesteling
C
menstruatie
D
ovulatie

Slide 16 - Quiz

Menstruatie:
het slijmvlies laat los
Als er geen bevruchting plaatsvindt, laat het verdikte baarmoederslijmvlies met veel bloedvaten voor een deel los. 

Dat loslaten heet menstruatie of ongesteld zijn.

De spierlaag van de baarmoederwand trekt samen en daardoor worden stukjes slijmvlies, slijm en bloed via de vagina afgevoerd. 

Het samentrekken van de spieren kan buikkrampen veroorzaken die pijnlijk zijn. 

Veel meisjes of vrouwen zijn tijdens of vlak voor de menstruatie wat kribbig of voelen zich ellendig of verdrietig.
Menstruatie kan hoofdpijn, buikpijn, 
rug- of spierpijn veroorzaken. 
Sommige meisjes menstrueren als ze 10 jaar zijn, anderen als ze 16 jaar zijn. Gemiddeld zijn meisjes 
13 jaar oud bij de 1e menstruatie.
Een menstruatie duurt gemiddeld 3 dagen maar bij sommigen kan het wel een week duren.

Slide 17 - Slide

Menstruatie: slijm en bloed worden tijdens de menstruatie afgevoerd.

Slide 18 - Slide

Maandverband 
en tampons
De meeste meisjes of vrouwen gebruiken maandverband of tampons tijdens de menstruatie. Maandverband wordt tegen de opening van de vagina gedragen. Een tampon wordt in de vagina gedragen. 
Er bestaan ook menstruatiecups.
De middelen nemen niet eindeloos vocht op. Door de bacteriën kan het onfris gaan ruiken en kunnen er infecties ontstaan. Regelmatig vervangen is nodig en goed wassen ook.
In tegenstelling tot een tampon absorbeert een menstruatiecup niets. 
Het vangt alleen op. 

Slide 19 - Slide

Menstruatiecyclus
Je ziet in de afbeelding dat de dikte van het slijmvlies verandert. Tijdens de menstruatie wordt een deel afgestoten, dat gebeurt op dag 1 t/m 4. Daarna groeit het baarmoederslijmvlies weer aan, het wordt dikker en het bevat weer meer bloedvaten. Ongeveer 14 dagen na het begin van de menstruatie vindt de ovulatie plaats. Als er dan geen bevruchting plaatsvindt, zal de volgende menstruatie op ongeveer de 28e dag beginnen. De menstruatiecyclus begint dan opnieuw. 
Bijna geen enkele vrouw menstrueert precies om de 4 weken. Vooral in de puberteit kan de menstruatie zeer onregelmatig plaatsvinden. Soms zit er veel tijd tussen de menstruaties.

Slide 20 - Slide

Periodieke onthouding - Onbetrouwbaar- Ovulatie




Leguit wat er gebeurt als de eicel niet bevrucht wordt.

De vruchtbare periode is een paar dagen vóór en een dag na de eisprong. Dit komt doordat spermacellen een aantal dagen kunnen overleven. 

Bij geslachtgemeenschap vóór de eisprong, zullen de spermacellen overleven in het lichaam van de vrouw tot ze de eicel enkele dagen later tegenkomen. 

Een eicel blijft na de eisprong slechts één dag in leven.

Slide 21 - Slide


Wat gebeurt er tijdens dag
1 t/m 5 van de menstruatiecyclus?
A
ovulatie
B
innesteling
C
menstruatie
D
bevalling

Slide 22 - Quiz

Wordt het slijmvlies van de baarmoeder tijdens de menstruatie dikker?
A
ja
B
nee

Slide 23 - Quiz

Je ziet bovenaan een klein bolletje. Wat is dat?
A
De menstruatie
B
De eisprong = ovulatie
C
De afbraak van het baarmoederslijmvlies
D
Een zaadcel; eisprong

Slide 24 - Quiz

Hormonen
  • Hormonen: regelen werking organen
  • Hormoonklieren geven hormonen af aan het bloed
  • Hypofyse: in puberteit produceert hij stimulerende hormonen--> ontwikkeling eicellen en eierstokken
  • Overgang: geen rijpe eicellen meer

Slide 25 - Slide

De uitwendige voorplantingsorganen 
De schaamlippen beschermen de ingang van de vagina. Op de buitenste schaamlippen zitten haartjes. Daarbinnen liggen de binnenste schaamlippen. Deze bevatten klieren die bij seksuele opwinding slijm produceren. Bovenin ligt de clitoris, een klein bobbeltje dat zo groot als een erwt is. Het is een heel gevoelig plekje voor veel vrouwen. 

Net achter de clitoris zie je de uitgang van de urinebuis.
Een meisje of vrouw kan geprikkeld raken als zij gestreeld of gekust wordt op de borsten of andere gevoelige plekken.
De vagina is niet zo (minder) gevoelig voor seksuele prikkels.

Door prikkeling van de clitoris komen de 
meeste vrouwen klaar. De penis kan doordat
de wand van de vagina zeer rekbaar is en door
het slijm makkelijk naar binnen glijden. 
De vagina is groot genoeg.

Slide 26 - Slide


nr. 10 speelt
een rol bij
A
de innesteling
B
de bevruchting
C
het vrijkomen van een eicel
D
de opvang van urine

Slide 27 - Quiz

De clitoris (Griekse woord voor sleutel)
- meeste vrouwen: de clitoris voor het grootste seksuele genot. 
- wordt ook wel kittelaar of clit genoemd.  
- het orgaan heeft als enige nut: genot.
De clitoris is meer dan het bobbeltje. Het bobbeltje verschilt van grootte, bij een vrouw van 35 jaar is het ong. 4x zo groot als bij een puber. Over het bobbeltje zit een clitoriskapje (vergelijk met de voorhuid van de penis). Het grootste deel ligt inwendig, een deel dat 4 tot 5 centimeter lang is met een vorm van een hoefijzer (onder de huid).
Voor een vrouw is het vaak fijn als de hele vagina wordt gestimuleerd en niet alleen de clitoris zelf. Bij opwinding trekt de huid wat naar achter en zwelt de clitoris op. Hij vult zich met bloed, waardoor de clitoris eigenlijk een soort airbag vormt rond de vagina. Hierdoor is het stoten tijdens de geslachtsgemeenschap niet pijnlijk. 
Gevoelig: De meeste zenuwuiteinden van de clitoris bevinden zich wel aan de buitenkant. Met zo’n 8000 zijn het er twee keer zoveel als de eikel van een man.  Niet alle vrouwen vinden het daarom prettig als het topje direct wordt gestimuleerd. Het is dus belangrijk om de aandacht te verdelen en de clitoris goed vochtig te houden.
De clitoris speelt bij de meeste vrouwen een hoofdrol bij het orgasme: uit onderzoek blijkt dat 70 tot 80 procent van de vrouwen alleen klaar kan komen door stimulatie van het zogenaamde genotsknopje.

Slide 28 - Slide

Besnijdenis
Vaak ernstige lichamelijke gevolgen zoals: 
-  infecties
-  problemen met plassen
-  problemen bij zwangerschap en bevalling.
-  plezier bij seks is vaak heel moeilijk. 

In Nederland is het verboden. 
In Afrikaanse landen wordt het steeds minder gedaan. 
In bepaalde culturen is het gebruikelijk een meisje te besnijden.  Zo weet de man zeker of een vrouw wel of niet seks heeft gehad voor het huwelijk. 

Besnijdenis behoort niet tot iets van de islam.
Bij besnijdenis worden de clitoris en soms de schaamlippen weggesneden.
Heel soms wordt de vaginaopening dichtgemaakt.

Het wordt ook wel genitale verminking genoemd.
Meisjesbesnijdenis is heel pijnlijk

Slide 29 - Slide

Baarmoeder
Eierstok
Clitoris
Plaats waar het embryo groeit
Hier rijpen de eicellen
Meest gevoelige deel

Slide 30 - Drag question

Maagdenvlies
Aan de binnenkant van de vagina zit slijmvlies. 
Het maagdenvlies is een randje weefsel aan het begin van de vagina. Het randje kan verschillend van vorm zijn en niet elk meisje heeft zo'n randje. 

De opening van de vagina is altijd groot genoeg voor de eerste keer dat een meisje geslachtsgemeenschap heeft. 

Tijdens de eerste keer dat een meisje geslachtsgemeenschap heeft kan de vagina heel iets inscheuren, dat geeft mogelijk een hele kleine bloeding. 

De meeste vrouwen hebben dat niet. Het maagdenvlies heeft niets met een eventuele bloeding te maken.



Het maagdenvlies is GEEN vlies!

Slide 31 - Slide

1: Vagina: Daar komt het sperma terecht tijdens de geslachtsgemeenschap
2: Maagdenvlies is een vliesje aan het begin van de vagina

A
1: waar 2: nietwaar
B
1: nietwaar 2: waar
C
beide waar
D
beide nietwaar

Slide 32 - Quiz

Ovulatie
Vanaf de geboorte liggen ong. 350.000 onrijpe eicellen in blaasjes te wachten op hun beurt. Er komen er vanaf de pubertijd ong. 500 tot rijping. 
In de eerste 10 dagen na de menstruatie rijpen er ongeveer 20 verse follikels (blaasje met eicel). Die zijn verspreid over de 2 eierstokken. 
Eén dominante eicel groeit door en rijpt (19 stoppen er met groeien). 
Soms rijpen er meer dan één (kans op tweeling of meerling).

Er is geen directe verbinding tussen de eierstokken en de eileiders. Er is een soort vliesje. De eicel moet een soort sprongetje maken (eisprong). De rijpe eicel rekt wat uit en barst open. De eicel trilt zich door het vliesje van de eierstok (kan pijnlijk zijn). Er kan wat bloedverlies zijn en vocht vrijkomen in de buikholte. Dit kan irritatie geven.

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Video

Zelfstandig werken
- Lezen BS 2

- Maken opdracht 1, 2, 3, 7, 8, 9

Succes! 

Slide 35 - Slide

Huiswerk: 
Maken opdracht 1, 2, 3, 7, 8, 9

Slide 36 - Slide

Volgende les:
4.2 Een vrouw de menstruatiecyclus

Slide 37 - Slide