examentraining communicatie

examen
training
communicatie
Milieu 
leerjaar 3
periode 2
1 / 18
next
Slide 1: Slide
CommunicatieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

examen
training
communicatie
Milieu 
leerjaar 3
periode 2

Slide 1 - Slide

Waarop let je als je iemand voor het eerst ziet?

Slide 2 - Open question

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Hoe kom je over?
nummer 1 vertelt in 1 minuut aan nummer 2 en 3
  • Wat heeft de stage voor jou opgeleverd?
  • Bij welk bedrijf zou je het liefst willen gaan werken?
Nummer 2 en 3 luisteren aandachtig en mogen ieder 1 vraag stellen. Noteer je eerste indruk op een blaadje.
  • Wat zie je aan de houding?
  • Wat hoor je aan de manier van praten en wat denk je?
  • Hoe komt de motivatie over? 

Slide 6 - Slide

examen training
  • Communicatie is een heel belangrijk onderdeel van je werk
      als milieu onderzoeker en inspecteur

  • Je communiceert  met collega's, maar ook met klanten.
     
  • Bij ieder contact laat je een indruk achter op een klant.
      
  • Communiceren leer je vooral door te doen, uit je
     comfortzone te stappen en te ervaren.

Slide 7 - Slide

examen training
  • 5 weken communicatietraining en 5 weken kun je werken aan je IBM;
  •  Theorie, veel oefenen, elkaar feedback geven en reflecteren op je eigen
  •   manier van communiceren
  • : toets: casus rollenspel
  • Beoordeling: op basis van jouw communicatie 



Slide 8 - Slide

Criteria waarop gelet wordt tijdens de eindbeoordeling
Omgaan met feedback
Gesprek voeren
beleefd
Open houding
Respectvol
omgaan met lastige situatie
Manier van spreken
Lichaamstaal
Reflecteren op eigen gedrag

Slide 9 - Slide

Communicatie
Wat bedoelen we daar nu mee?

Slide 10 - Slide

Wat is communicatie?

Slide 11 - Open question

Communicatie is:


  • Het overdragen van informatie 
      tussen zender en ontvanger.


Slide 12 - Slide

Het communicatieschema
Het communicatieschema
2. Boodschap en medium
Wat zeg ik?
5. Boodschap en medium
Wat zeg ik?
1. Coderen
Wat wil ik zeggen?
4. Coderen
Wat wil ik zeggen?
3. Decoderen
Wat bedoelt hij/zij?
6. Decoderen
Wat bedoelt hij/zij?

Slide 13 - Slide

Coderen en decoderen
Coderen ("Hoe zal ik dat eens zeggen?")
  • Informatie die je wilt overdragen zet je om in een
     mededeling die de ontvanger begrijpt.

Decoderen ("Hoe komt de boodschap op mij over?")
  • De interpretatie. Het ontvangen van de boodschap wordt
      beïnvloedt door allerlei factoren.

Slide 14 - Slide

De gekleurde bril van de ontvanger
Wat kan de interpretatie van de
boodschap beïnvloeden??

Slide 15 - Mind map

De gekleurde bril van de ontvanger
Wat kan de interpretatie een boodschap beïnvloeden?

  • Cultuur
  • Opvoeding
  • Vooroordelen
  • Interesse
  • Stemming
  • Eerdere ervaringen
  • Tijdsdruk
  • Andere omgevingsfactoren zoals...?

Slide 16 - Slide

  • Zender en ontvanger hebben
    het over hetzelfde
  • Zender en ontvanger hebben 
    het niet over hetzelfde
Communicatieproces in beeld: zender en ontvanger

Slide 17 - Slide

Boodschap en Medium
Boodschap
  • Inhoud (dat wat je zegt)
  • Bedoeling (waarom zeg je het)

Hoe breng je de boodschap over? 
  • Intonatie, klemtoon, gebaren, non-verbaal... etc.

Medium
  • = middel om de boodschap over te brengen (mondeling, schriftelijk, email, telefoon, snapchat, instagram, tv, vlog, filmpje via YouTube... etc.).

Slide 18 - Slide