EL IMPERATIVO BEVESTIGEND. de regelmatige vormen
HABLAR COMER VIVIR
tú habla come vive
vosotros hablad comed vivid
usted hable coma viva
ustedes hablen coman vivan
Wat ezelsbruggetjes: -er en –ir hebben dezelfde uitgangen
de tú vorm is gelijk aan de 3e p e.v. van de t.t. of tú in de presente -s
¡habla!= Juan habla español, Juan come pizza, vive en Dordrecht (tú hablas, comes, vives)
de vosotros vorm is het hele ww –r +d
hablar-r=habla+d=hablad
de ustedes vorm is de usted vorm +n
hable/hablen
bij de u vormen wissel van klinker (-ar ww>”e” -er/-ir ww>’a’)