Wereldeconomie 4.13 t/m 4.15

Welkom
5 vwo ECONOMIE  ||  2021-2022
1 / 20
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom
5 vwo ECONOMIE  ||  2021-2022

Slide 1 - Slide

Programma
  • Vorige les
  • Lesdoelen
  • Theorie
  • Aan de slag
  • Evaluatie

Slide 2 - Slide

Wanneer spreken we van convergentie bij het vak economie?

Slide 3 - Open question

Lesdoelen
  • Ik kan de belangrijkste afspraken uit het stabiliteits- en groeipact noemen
  • Ik kan uitleggen wat de redenen zijn om het stabiliteitspact te sluiten
  • Ik kan verklaren waarom door invoering van de euro de transactiekosten afnemen en de concurrentie toeneemt. 

Slide 4 - Slide

Wat is het verschil tussen de EU en de EMU

Slide 5 - Open question

Bedenk een voordeel van de euro

Slide 6 - Open question

ECB en het stabiliteitspact

Het stabiliteitspact bestaat uit een aantal voorwaarden waaraan de lidstaten van de EU moeten voldoen .

Belangrijkste voorwaarden:
- staatsschuld mag niet boven 60% van het BBP uitkomen
- begrotingstekort mag niet meer dan 3% van het BBP bedragen.

Slide 7 - Slide

Waarom deze afspraken?

  • Hoge overheidstekorten kunnen inflatie veroorzaken
  • Hoge overheidstekorten kunnen de rente opdrijven
  • Hoge overheidstekorten kunnen overheidstaken in gevaar brengen





Slide 8 - Slide

Hoge overheidstekorten kunnen inflatie veroorzaken, leg uit:

Slide 9 - Open question

Hoge overheidstekorten kunnen de rente opdrijven, leg uit:

Slide 10 - Open question

Hoge overheidstekorten kunnen overheidstaken in gevaar brengen, leg uit:

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Video

Taak ECB
Het is de taak van de Europese Central Bank (ECB) de interne waarde van de euro stabiel te houden, d.w.z. inflatie beperken (maximaal 2%) d.m.v. geldhoeveelheidsbeleid. De maatschappelijke geldhoeveelheid mag niet te veel groeien.

Slide 13 - Slide

Staatsschuldquote
De staatsschuldquote is staatsschuld als percentage van het nationaal inkomen. Deze mag maximaal 60% zijn.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Link

Begrotingstekort

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Begrotingstekort & -overschot
  • Begrotingstekort = uitgaven > inkomsten
  • Geld lenen
  • Bezuinigen
  • Belastingen verhogen
  • Begrotingsoverschot = inkomsten > uitgaven
  • Schuld aflossen
  • Meer uitgeven

Slide 18 - Slide

Het Financieringstekort
inkomsten - uitgaven = begrotingstekort 
Begrotingstekort - aflossing staatsschuld= financieringstekort
Financieringstekort= toename staatsschuld

Slide 19 - Slide

Aan de slag!
Opgave 4.13 t/m 4.15

Slide 20 - Slide