Bouwstenen: Routines

Thema Overtuigen
Bouwstenen: routines
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NT2ISK

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Thema Overtuigen
Bouwstenen: routines

Slide 1 - Slide

Overtuigen
Vandaag leer je:
  • Korte zinnen gebruiken om iemand te overtuigen.
  • woorden kiezen om iets aantrekkelijk te maken.
  • Je stem en houding gebruiken om sterker over te komen.

Veel succes!



Slide 2 - Slide

Routines

Deze film moet je zien.
Dit boek moet je lezen.
Deze muziek moet je horen.
Deze muziek is fantastisch.
Deze film is de moeite waard.
Dit apparaat is het beste.
Dit is het beste boek dat ik heb gelezen.
Deze film is de mooiste die ik ooit heb gezien.
























Ik vind deze film goed, want hij is spannend.

Ik vind dit tv-programma leuk, omdat je erom kunt lachen.
Ik vind deze muziek super, want je kunt er fijn op dansen.
Ik vind deze telefoon geweldig, omdat je er zoveel mee kunt doen.

Je moet er veel voor doen.
Je moet er hard voor werken.
Je moet je 100% inzetten.




Slide 3 - Slide

👀 Opdracht
Bekijk deze twee zinnen:
 

Koop dit boek.
Dit boek moet je lezen!

💬 Vraag:
Welke zin klinkt beter? Waarom?

Slide 4 - Slide

Wat is een overtuigende zin?























  • Een overtuigende zin zegt waarom iets goed is.
  • Je gebruikt sterke woorden zoals super, de moeite waard, het beste.
  • Soms zeg je wat je ermee kunt doen (je kunt erop dansen, je kunt erom lachen).
Voorbeelden:


Ik vind dit tv-programma leuk, omdat je erom kunt lachen.
Ik vind deze muziek super, want je kunt er fijn op dansen.
Deze film is de moeite waard.
Dit apparaat is het beste.
Dit is het beste boek dat ik heb gelezen.





Slide 5 - Slide

Vul aan:
Dit boek moet je ... .
A2
Bedenk zelf een woord voor in de zin.
A
kopen
B
saai
C
saaiste

Slide 6 - Quiz

Vul aan:
Deze film is de ... die ik ooit gezien heb.
A2
Bedenk zelf een woord voor in de zin.
A
kijken
B
saai
C
slechtste

Slide 7 - Quiz

Vul aan:
Deze muziek is ... .
A2
Bedenk zelf een woord voor in de zin.
A
mooi
B
kopen
C
mooiste

Slide 8 - Quiz

Stemgebruik oefenen
Zeg deze zinnen op twee manieren:

  1. Monotoon en zonder enthousiasme.
  2. Enthousiast en overtuigend.

Zinnen:

  • Deze film moet je zien!
  • Deze muziek is fantastisch!
  • Ik vind deze film goed, want hij is spannend.
  • Ik vind dit tv-programma leuk, omdat je erom kunt lachen.
  • Ik vind deze muziek super, want je kunt er fijn op dansen.
  • Ik vind deze telefoon geweldig, omdat je er zoveel mee kunt doen.




Oefen in tweetallen.
timer
1:00

Slide 9 - Slide

Je moet je best doen.
Het is moeilijk.
Je moet veel werken.
Je moet er veel voor doen.
Je moet er hard voor werken.
Je moet je 100% inzetten.

Slide 10 - Drag question

Zelf oefenen
Ga naar DISK en oefen met de Routines.

Slide 11 - Slide

Ik ken de betekenis van de zinnen.
010

Slide 12 - Poll

Vind je de routines moeilijk of makkelijk?
😒🙁😐🙂😃

Slide 13 - Poll