3B 1.1B Rekenen met vergelijking

Meneer Hosiyar - HSY  Werktijden: Ma-Vrijdag
1 / 25
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Meneer Hosiyar - HSY  Werktijden: Ma-Vrijdag

Slide 1 - Slide

Plan voor vandaag
Introductie / Huiswerk
Herhaling + Lesdoel
Uitleg
Zelf aan de slag
Reflectie
Afsluiten / Huiswerk
Lesdoel:
-Je kunt berekenen wat in verhouding het goedkoopst is

Slide 2 - Slide

Hw/Spullen/Aanwezigheid
HW
-Spullen:
-Boeken
-Pen / potlood
-Boek
-Kompasroos, rekenmachine etc.


Slide 3 - Slide

Huiswerk
opdracht 1 tm 10
leren: theorie A blz 9

Slide 4 - Slide

Herhaling
Herhaling vorige les
-Je kunt afronden bij berekeningen met geld

Slide 5 - Slide

Lesdoel
Lesdoel voor vandaag


-Je kunt berekenen wat in verhouding het goedkoopst is

Slide 6 - Slide

Voorkennis Decimalen afronden
Afronden.
Wat is ook alweer afronden en hoe doe ik dat?

Slide 7 - Slide

Voorkennis Decimalen afronden
Afronden op 2 decimalen betekend
44,6824   ---> 44, 68
95,2467  ---> 95,25

Regel !!
-Is de decimaal 5 of hoger? Dan wordt het cijfer ervoor 1 hoger.
-Is de decimaal lager dan 5? dan verandert het cijfer ervoor niet!

Slide 8 - Slide

Voorkennis Decimalen afronden
-Is de decimaal 5 of hoger? Dan wordt het cijfer ervoor 1 hoger.
-Is de decimaal lager dan 5? dan verandert het cijfer ervoor niet!
Stap 1: Zoek de decimaal
Stap 2: Is de decimaal hoger of lager dan de 5
Stap 3: Rond het af op de juiste wijze

Slide 9 - Slide

Voorkennis Decimalen afronden
-Is de decimaal 5 of hoger? Dan wordt het cijfer ervoor 1 hoger.
-Is de decimaal lager dan 5? dan verandert het cijfer ervoor niet!
Stap 1: Zoek de decimaal
Stap 2: Is de decimaal hoger of lager dan de 5
Stap 3: Rond het af op de juiste wijze

Nu jij !   Maak opdracht 1 tm 5 op blz 8 (alleen en in stilte)

timer
10:00

Slide 10 - Slide

Uitleg Afronden met Geld
Geldbedragen rond je altijd af op 2 decimalen.
MAAR! bij contante betalingen rond je af veelvouden van 5 cent
Product x geldbedrag


Slide 11 - Slide

Uitleg Afronden met Geld
Geldbedragen rond je altijd af op 2 decimalen.
MAAR! bij contante betalingen rond je af veelvouden van 5 cent
Product x geldbedrag

Nu jij!
Maak opdracht 1 tm 10 op blz 9 (alleen en in stilte)


timer
15:00

Slide 12 - Slide

Uitleg Prijzen vergelijken
125 gram snoep = Є 1,75    bij Zoetigheid
300 gram snoep = Є 5,50   bij De Leckere Treck

Welke is goedkoper???

Slide 13 - Slide

Uitleg Prijzen vergelijken
125 gram snoep = Є 1,75    bij Zoetigheid
300 gram snoep = Є 5,50   bij De Leckere Treck
Stappen: Bereken ze naar dezelfde hoeveelheid

stap 1: Bereken voor beide de prijs per gram
Stap 2: Vergelijk de prijzen

Slide 14 - Slide

Uitleg Prijzen vergelijken
125 gram snoep = Є 1,75    bij Zoetigheid
300 gram snoep = Є 5,50   bij De Leckere Treck
Stappen: Bereken ze naar dezelfde hoeveelheid

stap 1: Bereken voor beide de prijs per gram
Stap 2: Vergelijk de prijzen

Slide 15 - Slide

Uitleg Prijzen vergelijken
Stappen: Bereken ze naar dezelfde hoeveelheid

stap 1: Bereken voor beide de prijs per gram
Stap 2: Prijs : Product
Stap 2: Vergelijk de prijzen
Nu jij: 
Maak nu opdracht 11 tm 18 + L1 + L2
timer
20:00

Slide 16 - Slide

Reflectie 

Slide 17 - Slide

Hoe rond ik af op 2 decimalen?

Slide 18 - Open question

Hoe rond ik af als ik contant betaal?

Slide 19 - Open question

Hoe vergelijk ik een prijs?

Slide 20 - Open question

Lesdoel
-Je kunt berekenen wat in verhouding het goedkoopst is

Slide 21 - Slide

Ik kan nu afronden met (contant) geld
A
Ja
B
Nee
C
Een beetje
D
Meer uitleg nodig

Slide 22 - Quiz

Ik weet hoe ik een prijs kan vergelijken
A
Ja
B
Nee
C
Een beetje
D
Meer uitleg nodig

Slide 23 - Quiz

Plan voor vandaag
Introductie / Huiswerk
Herhaling + Lesdoel
Uitleg
Zelf aan de slag
Reflectie
Afsluiten / Huiswerk
Lesdoel:
-Je kunt berekenen wat in verhouding het goedkoopst is

Slide 24 - Slide

Huiswerk
Alles wat je niet af hebt kunnen krijgen tijdens de les:
Alles tm
Opdracht 11 tm L2 op (blz 12 tm 15)
leren: Theorie B blz 12


Volgende keer: Rekenen met eenheden van tijd

Slide 25 - Slide