Par. 3: Geografische lengte

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Paragraaf 3:
- Geografische lengte
1 / 17
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Paragraaf 3:
- Geografische lengte

Slide 1 - Slide

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Deze les:
  • Heb je al je spullen bij je?
  • Herhaling paragraaf 3?
  • Paragraaf 3:
     - Geografische lengte
  • Werken

Als je de stof bestudeerd hebt:
9. Weet je hoe de aarde is opgedeeld in breedteligging en lengteligging.
10. Weet je wat lengtecirkels of meridianen zijn.
11. Weet je wat breedtecirkels of parallellen zijn.
12. Weet je wat de geografische lengte en breedte is.
13. Kun je de geografische lengte en de breedte van een plaats bepalen.
14. Kun je je een plaats opzoeken aan de hand van de coördinaten.

Slide 2 - Slide


Welke plaats ligt op 50° NB?
A
Caïro
B
Mekka
C
Madrid
D
Praag

Slide 3 - Quiz

Plaatsen die tussen de evenaar en de noordpool liggen liggen op het ...
A
noordelijk halfrond.
B
zuidelijk halfrond.

Slide 4 - Quiz

Een parallel en een breedtecirkel zijn hetzelfde.
A
goed
B
fout

Slide 5 - Quiz

Greenwich
0-meridiaan
Lengtecirkel of Meridiaan

Slide 6 - Slide

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Geografische lengte = de afstand van een plaats tot de nulmeridiaan.

De nulmeridiaan = een halve cirkel van de Noordpool naar de Zuidpool die precies over het plaatsje Greenwich loopt.
Het westelijk halfrond = het halfrond ten westen van de nulmeridiaan.
Het oostelijk halfrond = het halfrond ten oosten van de nulmeridiaan.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Plaatsen die op het oostelijk halfrond liggen liggen op O.L. (oosterlengte).
Plaatsen die op het westelijk halfrond liggen liggen op W.L.(westerlengte).

Lengtecirkel of meridiaan = halve cirkel die van de noordpool naar de zuidpool loopt.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Welke plaats ligt op 20° Z.B. en 40 °W.L.?

Slide 11 - Slide


Welke plaats ligt op 20° Z.B. en 40 °W.L.?
A
1
B
2
C
4
D
B

Slide 12 - Quiz

40° Z.B. en 20 ° W.L.
20° N.B. en 20 ° O.L.
Extra oefenen
20° Z.B. en 60 ° O.L.
60° N.B. en 40 ° W.L.
40° N.B. en 20 ° O.L.
20° Z.B. en 40 ° W.L.

Slide 13 - Slide

Nu doen:
  • Uitleg vragen
  • Werken (zie planner)

Huiswerk:
  • Leer de aantekeningen
  • Lees B25 Absolute en relatieve afstand op bladzijde 20 in je basisboek.

Slide 14 - Slide


Hoe goed heb je de les begrepen?
A
B
C
D

Slide 15 - Quiz

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 16 - Mind map

Welke vragen heb je voor de volgende les?

Slide 17 - Mind map