Bijna elk examen bevat de opdracht om de tekst (na de inleiding) te verdelen in deelonderwerpen (tussenkopjes).
Jij moet bepalen bij welke alinea's ze horen.
Zie blz. 354-355 in je NN-boek voor een uitgebreide uitleg
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6
This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Een tekst indelen
Een tekst bestaat uit deelonderwerpen
Bijna elk examen bevat de opdracht om de tekst (na de inleiding) te verdelen in deelonderwerpen (tussenkopjes).
Jij moet bepalen bij welke alinea's ze horen.
Zie blz. 354-355 in je NN-boek voor een uitgebreide uitleg
Slide 1 - Slide
Tips!
Een deelonderwerp wordt vaak aangekondigd in de eerste zin(nen) en soms afgerond met een slotzin. Zoek dus naar dit soort scharnierzinnen (begin en einde alinea's)
De delen staan altijd op chronologischevolgorde
Het eerste deelonderwerp start na de inleiding
Kijk ook naar andereexamenvragen: die gaan soms over dat onderwerp.
Let op synoniemen voor de woorden in de vraag in de tekst.
Slide 2 - Slide
Maak opdr. 10 -1 & 2
(blz. 354-357)
timer
8:00
Slide 3 - Slide
10 - 1 Bij welke alinea begint deel 3, 'Werkdruk in de samenleving'? Alinea (noteer cijfer)
Slide 4 - Open question
Vooral synoniemen helpen je hier
samenleving
maatschappelijke (r. 119 - 143)
gemeenschap (r. 136)
Slide 5 - Slide
10 - 2 Bij welke alinea begint deel 4, 'Werk als individuele keuze'? Alinea (noteer cijfer)
Slide 6 - Open question
Wat je hier had kunnen helpen
Het gaat nu niet meer over werkdruk, maar over werk
en over individuele keuzes
'Vrijwel alle werknemers verkiezen baanzekerheid boven een hoger inkomen etc.' (r. 222 - 226)
Klaar? Rond tekst 4 af (Lekker leerlingen lastigvallen) óf neem de syllabus door (Oeps, tekst 2 moet ik nog kopiëren voor jullie)
timer
25:00
Slide 8 - Slide
Bij welke alinea begint deel 3, ‘Reflectie op de tentoonstelling’? (1p) Noteer het cijfer
Slide 9 - Open question
Bij welke alinea begint deel 4, ‘Eindoordeel over de tentoonstelling’? (1p) Noteer het cijfer
Slide 10 - Open question
Noteer je antwoord bij vraag 3.
Let op! Het is een 2p-vraag!
Dat betekent veelal, en dus ook nu, dat je antwoord uit twee delen moet bestaan.
Slide 11 - Open question
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
“Dat is een ongemakkelijke vraag.” (regels 139-140)
6: Waarom wordt bedoelde vraag als een ongemakkelijke vraag gezien? (1p)
A
omdat bedoelde vraag een retorische vraag is
B
omdat het antwoord moeilijk onder woorden te brengen is
C
omdat we tegenwoordig niets met eeuwigheidswaarde maken
Slide 15 - Quiz
Slide 16 - Slide
8: Bij welk regelnummer begint jouw citaat?
Slide 17 - Open question
Let op: het citaat loopt van hoofdletter tot en met de punt. Eerste twee en laatste twee woorden incl. regelnummers is voldoende
Slide 18 - Slide
9. Hoe luidt het eindoordeel over Hirsts tentoonstelling Treasures from the Wreck of the Unbelievable, gelet op de strekking van tekst 1? (2p) De tentoonstelling is
A
indrukwekkend, omdat Hirst kosten noch moeite heeft gespaard om een gigantische kunstschat te vervaardigen die niettemin fictief is
B
provocatief, omdat Hirst zich in deze tentoonstelling zonder enige reserve bedient van postmoderne ironie of humor in de vorm van moderne mythen.
C
relativerend, omdat Hirst met zijn fantasierijke weergave van een niet-bestaand verleden een ander perspectief biedt op de tegenwoordige kunst.
D
verontrustend, omdat Hirst de bezoeker een ontluisterende kijk op onze hedendaagse cultuur biedt met het tonen van de zogenaamde
schatten
Slide 19 - Quiz
10. Hoe kan het voornaamste doel van tekst 1 het best worden omschreven? (1p)
De tekst
A
biedt de lezer een subjectieve bespiegeling op Hirsts tentoonstelling.
B
geeft een zakelijke en diepgravende analyse van Hirsts tentoonstelling.
C
plaatst de besproken tentoonstelling in de context van het verdere werk van Hirst.
D
wil de lezer overtuigen van de perfecte uitvoering en de beperkte zeggingskracht van Hirsts tentoonstelling.
Slide 20 - Quiz
Maak nu tekst 2 af
(Daarmee klaar? Kijk eens via de ELO bij de online methode Nieuw Nederlands bij het onderdeel Examensprint)
Volgende les: nakijken tekst 2 Damien Hirsts schitterende scheepswrak en de overkoepelende vragen bekijken