Herhaling Nederland

Historische context 3: Nederland (1948-1978)


Wat weet je al?
1 / 38
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Historische context 3: Nederland (1948-1978)


Wat weet je al?

Slide 1 - Slide

Waarom start de Historische Context Nederland bij 1948? (2 antwoorden juist)
A
Einde WO2
B
Start wederopbouw
C
Start Marshallhulp
D
Start onafhankelijkheidsoorlog in Indonesië

Slide 2 - Quiz

Hoe heet de periode van 1945 tot ca. 1960 waarin de Nederlandse industrie, infrastructuur en economie werd hersteld

Slide 3 - Open question

Waarom deed Nederland mee aan het Marshallhulpprogramma, de EGKS en de NAVO?
(meerdere antwoorden mogelijk)
A
Uit angst voor de SU
B
Om nieuwe oorlogen te voorkomen
C
Omdat de neutraliteitspolitiek mislukt was
D
Om Nederland snel te laten herstellen

Slide 4 - Quiz

Verenigde Naties
Europese Unie
1945
1993
EGKS

Slide 5 - Drag question

Juist / onjuist?
Nederland was vlak (!) na de Tweede Wereldoorlog een verzuilde samenleving
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quiz

Deze afbeelding past bij
A
secularisatie
B
individualisering
C
verzuiling
D
ontzuiling

Slide 7 - Quiz

Hoe dachten hippies over de consumptiemaatschappij?
A
Ze wilden dat iedereen eraan meedeed
B
Hier moesten zij niks van hebben
C
Door de consumptiemaatschappij konden zij meer drugs gebruiken
D
Consumptiemaatschappij? Doe mij maar wat lsd...

Slide 8 - Quiz

De tweede feministische golf zette zich in voor kiesrecht voor vrouwen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

Welk begrip past het beste bij dit plaatje?
A
immigratie
B
pluriformiteit
C
jongerencultuur
D
tweede feministische golf

Slide 10 - Quiz


Welk begrip wordt bedoeld?
A
ontzuiling
B
vrouwenkiesrecht
C
VvVK
D
Tweede Feministische Golf

Slide 11 - Quiz

De ontzuiling in de jaren '60 werd vooral beïnvloed door de ....
A
Kerken
B
Televisie
C
Paus
D
Tweede Feministische Golf

Slide 12 - Quiz

Welke vier zuilen waren er in Nederland?

Slide 13 - Open question

Confessionelen
Liberalen
Socialisten
Rood
Bijbel
KRO
Vrijhreid
Algemeen Handelsblad

Slide 14 - Drag question

Migratie in de tweede helft vd 20e eeuw: 
Jaren '50
Jaren '60
Jaren '70
Surinamers emigreren 
naar Nederland
Migratie vanuit Indonesië na onafhankelijkheid
Nederlanders emigreren naar Canada en Australië
De eerste gastarbeiders uit Zuid-Europa komen naar Nederland

Slide 15 - Drag question

Wat voor politieke partijen zaten in rooms-rode regeringen?
A
Katholiek en Sociaal-Democraten
B
Katholiek en Liberaal
C
Liberaal en Sociaal-Democraten
D
Socialisten en Liberalen

Slide 16 - Quiz

Juist / onjuist?
De rooms-rode regeringen vonden dat de overheid weinig invloed moest uitoefenen om de samenleving te veranderen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quiz

Bij welk begrip past het ontstaan van de verzorgingsstaat het beste?
A
Algemene Ouderdomswet
B
Algemene Ouderenwet
C
Anti-ouderenwet
D
Arbeiders Ouderdomswet

Slide 18 - Quiz

Jaren '50
Jaren '60
Meer luxe goederen
Geleide loonpolitiek
D'66 populair
CDA ontstaat
Radio Veronica
Goederen op de bon

Slide 19 - Drag question

Waar is AOW een afkorting van?
A
Algemene Ouderdomswet
B
Algemene Ouderenwet
C
Anti-ouderenwet
D
Arbeiders Ouderdomswet

Slide 20 - Quiz

Na de overgave van Japan in Azië tijdens WOII
A
neemt Nederland de macht weer over van de japanners.
B
wordt de USA de baas in Indonesie.
C
roept Soekarno op 15 augustus 1945 de Indonesische onafhankelijkheid uit.
D
kiezen de Indonesiers een keizer uit China.

Slide 21 - Quiz

Soekarno was:
A
de leider van de nationalisten in Indonesie
B
een Nederlandse generaal
C
een nationalistische Chinese vrijheidsstrijder
D
een Japanse generaal

Slide 22 - Quiz

Na de Indonesische onafhankelijkheid
A
vindt Nederland het allemaal wel best.
B
stuurt Nederland troepen naar Indonesie om de macht weer over te nemen.
C
biedt Nederland zijn excuses aan voor eeuwenlang misbruik van de Indonesische eilanden.
D
geeft Nederland Indonesie direct de onafhankelijkheid.

Slide 23 - Quiz

Waarom wilde de Nederlandse regering graag meewerken aan de onafhankelijkheid van Suriname?
A
Suriname kostte de schatkist teveel geld
B
Surinamers werden steeds gewelddadiger
C
Men wilde de situatie van Indonesië voorkomen
D
Suriname werd gefinancierd door communistisch China

Slide 24 - Quiz

Mensen die naar Nederland komen om te werken noemen we ...

A
Grensarbeiders
B
Gastarbeiders
C
kolonisten
D
Arbeiders

Slide 25 - Quiz

In welk decennium kwamen veel gastarbeiders naar Nederland?
A
Jaren 1950
B
Jaren 1960
C
Jaren 1970
D
Jaren 2000

Slide 26 - Quiz

Wat is de juiste volgorde van binnenkomst in Nederland?
A
Gastarbeiders, vluchtelingen, Indonesiers, Surinamers
B
Vluchtelingen, gastarbeiders, seizoensmigranten, Surinamers
C
Indonesiers, gastarbeiders, Surinamers, vluchtelingen
D
Gastarbeiders, Surinamers, vluchtelingen, seizoensmigranten.

Slide 27 - Quiz

Na WOII herstelde de verzuiling zich van voor de oorlog. Welke zuilen zijn er?
A
confessionelen, sociaaldemocraten en liberalen
B
katholieken, socialisten, communisten
C
socialisten, protestanten, katholieken, 'neutralen'
D
confessionelen en neutralen

Slide 28 - Quiz

Een speerpunt van de jongerenbewegingen vanaf de jaren '60 was
A
inspraak op het beleid
B
seks alleen tijdens het huwelijk
C
meer kernwapens om sterker te staan tegen de SU
D
brommers en vetkuiven

Slide 29 - Quiz

De anticonceptiepil ('de pil') was verkrijgbaar in Nederland vanaf ...
A
Jaren '40
B
Jaren '50
C
Jaren '60
D
Jaren '70

Slide 30 - Quiz

Zet de juiste begrippen bij de bijbehorende categorieën
Economische ontwikkelingen
Demografische ontwikkelingen
Sociaal-culturele ontwikkelingen
geleide loonpolitiek
verzorgingsstaat
babyboom
dekolonisatie
handelingsonbekwaamheid vrouwen
jeugdcultuur

Slide 31 - Drag question

Door de oliecrisis van (..1..) kwam de (..2..) onder druk te staan.
A
1: 1980 2: verzorgingsstaat
B
1: 1973 2: verzorgingsstaat
C
1: 1980 2: verzuiling
D
1: 1973 2: verzuiling

Slide 32 - Quiz

Een probleem van de verzorgingsstaat was:(meerdere antwoorden mogelijk)
A
Het was te bureaucratisch
B
Het was te duur
C
Er werd veel misbruik van gemaakt
D
Er zijn steeds meer ouderen, minder jongeren

Slide 33 - Quiz

Met het Vedrag van Maastricht werd de basis gelegd voor...
A
De Europese Unie
B
De Euro
C
De Euro en de Europese Unie
D
Het verdrag van Schengen

Slide 34 - Quiz

Wat is het Vedrag van Schengen?

Slide 35 - Open question

Deze
jongeren behoren
tot de subcultuur:
A
Punk
B
Kraker
C
Rap
D
Gabber

Slide 36 - Quiz

Multiculturalisme is:

Slide 37 - Open question

Een argument van voorstanders van de EU is: (meerdere antwoorden goed)
A
Nederland profiteert als handelsland van een grote interne markt
B
De EU kost Nederland veel geld
C
Nederland verliest soevereiniteit door de EU
D
Grote problemen (vb klimaat) vereisen een internationale aanpak

Slide 38 - Quiz