De gewone tuinslak

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Antwoord op vraag 1

Welke twee redenen worden hier bedoeld?

Vraag 3: bij welke alinea begint deel 2?

Vraag 4: Wat is de belangrijkste reden dat de tuinslak hermafrodiet is?

Vraag 5: In welke alinea komt deze oververhitting ook ter sprake?

1. 5
2. 6
3. 7
4. 8

Vraag 6: de vijf redenen

1. Natuurlijke selectie.

2. Hij komt algemeen voor.
3. Hij is makkelijk te volgen (niet zo snel he ;-)).
4. Hij is individueel te herkennen.

5. Erfelijke eigenschappen zijn makkelijk te herkennen.

	bossen	graslanden
kleur	roze/bruin	geel
strepen	geen	wel
verandering?	donkerder	lichter

Vraag 8: Noteer twee redenen waarom de huisjes van kleur verschillen.

Wat is het goede antwoord op vraag 9?

Wat is het juiste antwoord op vraag 10?

Wat is het juiste antwoord op vraag 11?