(Fe)esttenten

1 / 13
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Doel: 
Je kunt na deze herhaling zwakke werkwoorden in het Duits vervoegen 

Slide 2 - Slide

(fe)esttenten
ich stam+e
du stam+st
er/es/sie stam +t
wir stam+en
ihr stam+t
sie/Sie stam+en

Slide 3 - Slide

(fe)esttenten
wohnen de stam = wohn
ich wohn+e
du wohn+st
er/es/sie wohn +t
wir wohn+en
ihr wohn+t
sie/Sie wohn+en

Slide 4 - Slide

(e)ettenten
ww op s/z/ss/ß
heißen de stam = heiß
ich heiß+e
du heiß+t
er/es/sie heiß +t
wir heiß+en
ihr heiß+t
sie/Sie heiß+en

Slide 5 - Slide

(e)ettenten
ich stam+e
du stam+t
er/es/sie stam +t
wir stam+en
ihr stam+t
sie/Sie stam+en
Als de stam eindigt op een sisklank (s, ss, ß, x of z), is de uitgang bij du een -t in plaats van -st

Slide 6 - Slide

feesttenten
eettenten
wohnen
heißen
rennen
tanzen
reisen
schreiben
fassen
beißen

Slide 7 - Drag question

Wo . . . deine Großeltern?
[wohnen]

Slide 8 - Open question

Max . . . seiner Freundin Ohrringe.
[schenken]
A
schenken
B
schenke
C
schenkst
D
schenkt

Slide 9 - Quiz

Warum . . . du diesen Mann so?
[hassen]

Slide 10 - Open question

Mit wem . . . du denn die ganze Zeit?
[tanzen]
A
tanze
B
tanzst
C
tanzt
D
tanzen

Slide 11 - Quiz

Wie oft . . . du deine Verwandten?
[besuchen]

Slide 12 - Open question

feesttenten
Wil je meer uitleg?
Zoek in YouTube op "feesttenten Duits"

Slide 13 - Slide