4BK Herhalen H1 en H2 Lezen

H1 en H2 lezen (herhaling)
H1 Lezen: De indeling van de tekst
H2 Lezen Verbanden en Signaalwoorden
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

H1 en H2 lezen (herhaling)
H1 Lezen: De indeling van de tekst
H2 Lezen Verbanden en Signaalwoorden

Slide 1 - Slide

Opbouw van een tekst
< Titel
< Inleiding (alinea 1)
< Bron
< Slot (laatste alinea's)
< Middenstuk >
<Tussenkopje

Slide 2 - Slide

Functies van de inleiding
1. De aanleiding voor het schrijven van de tekst;
2. Een voorbeeld bij het onderwerp geven;
3. Een leuk, kort verhaaltje vertellen;
4. Een belangrijke vraag stellen;
5. Een mening geven;
6. Iets vertellen over de opbouw van de tekst;

Slide 3 - Slide

H1 middenstuk
In het middenstuk van de tekst staan de deelonderwerpen. Deze herken je aan de tussenkopjes.

Slide 4 - Slide

Functies van het slot
Let op: hoofdgedachte van de tekst staat vaak in het slot.
  • Conclusie geven.
  • Samenvatting geven van de tekst.
  • Advies geven.
  • Waarschuwing geven.
  • Oproep doen

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

____
____

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Voordat ik mijn ontbijt eet, poets is mijn tanden.
Welk tekstverband herken je?
A
Oorzaak-gevolg
B
Tijd
C
Tegenstelling
D
Conclusie

Slide 13 - Quiz

Ik houd van zwemmen en reizen. Ook ben ik gek op sporten.
Welk tekstverband herken je?
A
Voorwaarde
B
Toelichting
C
Mening-argument
D
Opsomming

Slide 14 - Quiz

De avondklok is ingevoerd, dat wil zeggen dat niemand zonder een geldige reden 's nachts op straat mag zijn.
Welk tekstverband herken je?
A
Toelichting
B
Voorwaarde
C
Voorbeeld
D
Doel-middel

Slide 15 - Quiz

Ik let goed op en haal prima cijfers. Kortom: Ik haal mijn examen makkelijk.
Welk verband herken je?
A
Voorbeeld
B
Doel-middel
C
Conclusie
D
Opsomming

Slide 16 - Quiz

Ik heb nieuwe voetbalschoenen gekocht waarmee ik ga scoren.
Welk verband herken je?
A
oorzaak-gevolg
B
tegenstelling
C
tijd
D
doel-middel

Slide 17 - Quiz

Aan de slag= huiswerk
Blz. 169 en 170 Lees het groene blokje en maak opdracht 2 en 3
Blz. 170 en 171 Lees het groene blokje en maak opdracht 4 en 5
Blz. 172 en 173 Lees het groene blokje en maak opdracht 7 en 8
Blz. 173 en 174 lees het groene blokje en maak opdracht 9 en 10

Slide 18 - Slide