What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Werkwoordspelling spoedcursus
Cursus werkwoordspelling
1 / 22
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
This lesson contains
22 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Cursus werkwoordspelling
Slide 1 - Slide
Weet je het niet?
Vervang het woord waar het om gaat, door een vorm van
lopen
:
Wordt het loop of loopt? → tegenwoordige tijd
Wordt het liep? → verleden tijd
Wordt het gelopen → voltooid deelwoord
Wordt het lopend? → onvoltooid deelwoord
Wordt het gelopen voor een ZN? → Bijvoeglijk naamwoord
Wordt het lopen? → Hele ww opschrijven
Bepaal altijd eerst welke regel je moet toepassen.
Slide 2 - Slide
De loopregel
1. Schrijf altijd eerst
de ik-vorm
op!
2. Vul in je hoofd een vorm van het woord ‘lopen’ in.
Hoor je loop? Dan krijg je
geen
t
achter de ik-vorm
Hoor je loop
t
? Dan krijg je
wel
een
t
achter de ik-vorm
Alleen als je bij het woord lopen een t hoort, schrijf je een t, anders niet!
De tegenwoordige tijd
Slide 3 - Slide
Het vliegtuig land op Schiphol
A
Goed
B
fout
Slide 4 - Quiz
De man wordt gefeliciteerd
A
Goed
B
fout
Slide 5 - Quiz
Wordt je morgen achttien jaar?
A
Goed
B
fout
Slide 6 - Quiz
Wordt je zusje morgen achttien jaar?
A
Goed
B
fout
Slide 7 - Quiz
1. Schrijf altijd eerst
de ik-vorm
op!
2. Schrijf daarachter
de(n
) of
te(n)
Hoor je niet of er de(n) of te(n) achter moet?
Kijk naar het hele werkwoord – en (de stam).
Staat de laatste letter van de stam in ’
T Sexy Fokschaap?
Ja? + te(n)
Nee? + de (n)
De verleden tijd
Slide 8 - Slide
Hij wachte op zijn zusje.
A
Goed
B
fout
Slide 9 - Quiz
Zij praatten met elkaar.
A
Goed
B
fout
Slide 10 - Quiz
De keeper mistte de bal.
A
Goed
B
fout
Slide 11 - Quiz
Het miste buiten.
A
Goed
B
fout
Slide 12 - Quiz
1. Schrijf alles op, behalve de laatste letter.
2. Maak het woord langer in de verleden tijd.
Hoor je
de
, dan schrijf je een
d
Hoor je
te
, dan schrijf je een
t
Kan je het niet goed horen?
Kijk naar het hele werkwoord – en (de stam).
Staat de laatste letter van de stam in ’
T Sexy Fokschaap?
Ja? + t
Nee? + d
Het voltooid deelwoord
Slide 13 - Slide
Hij heeft het verandert.
A
Goed
B
fout
Slide 14 - Quiz
Hij heeft voor zijn team gejuicht.
A
Goed
B
fout
Slide 15 - Quiz
Hij is verhuisd naar Amsterdam.
A
Goed
B
fout
Slide 16 - Quiz
Wordt een voltooid deelwoord bijvoeglijk gebruikt?
Schrijf het dan zo kort mogelijk!
Het bijvoeglijk naamwoord
Slide 17 - Slide
Het neergestortte vliegtuig
A
Goed
B
fout
Slide 18 - Quiz
De overbelaste arm
A
Goed
B
fout
Slide 19 - Quiz
De overbelaste arm
A
Goed
B
fout
Slide 20 - Quiz
Vul samen de juiste werkwoorden in!
Slide 21 - Slide
Oefe
Slide 22 - Slide
More lessons like this
Spelling 3PIE HH blok 1 en blok 2
December 2020
- Lesson with
30 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
werkwoordspelling Nederlandse werkwoorden (1)
January 2021
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
't sexy fokschaap
March 2024
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
NN6 - H4 - Taalverzorging spelling TT VT VD - Les 2
March 2021
- Lesson with
11 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 2
't sexy fokschaap
April 2023
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
Werkwoordspelling
June 2021
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
Spelling Engelse werkwoorden
September 2022
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 2
Werkwoordspelling
November 2022
- Lesson with
25 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1