3.2 Zien

welkom 

  • Maken opdracht 1 t/m 16 van 3.1 
  • Uitleg 3.2
  • Huiswerk maken 3.2
timer
15:00
1 / 22
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

welkom 

  • Maken opdracht 1 t/m 16 van 3.1 
  • Uitleg 3.2
  • Huiswerk maken 3.2
timer
15:00

Slide 1 - Slide

3.1 Buitenkant van het oog
Oogbol (van buiten naar binnen):
  • Oogwit - iris - pupil
  • Wenkbrauw, ooglid, wimpers bescherming (zweet/stof)
  • Traanklier oog vochtig houden
  • Traanbuis vocht afvoeren

Slide 2 - Slide

wenkbrauwen
oogleden
wimpers
traanklier met traanvocht
Waartegen beschermt elk onderdeel van het oog?
stof
stof
stof
zweet
zweet
zweet
uitdroging
vuiltjes
vuiltjes
vuiltjes

Slide 3 - Drag question

Binnenkant van het oog
De drie oog vliezen van buiten naar binnen:
  • Harde oogvlies: wit; voor de iris noemen we dit hoornvlies (doorzichtig)
  • Vaatvlies: bloedvaatjes
  • Netvlies: zintuigcellen; 
  • Gele vlek: de meeste zintuigcellen, beste zicht
  • Blinde vlek: aanhechting oogzenuw

Slide 4 - Slide

Het OOG: zet onderdelen op de juiste plaats
netvlies
gele vlek
oogzenuw
iris
Harde oogvlies
Glasachtig lichaam

Slide 5 - Drag question

Hoe heet het binnenste vlies in het oog?
A
Vaatvlies
B
Hoornvlies
C
Netvlies
D
Harde oogvlies

Slide 6 - Quiz

Hoe heet het vlies wat voor de iris en pupil zit?
A
Vaatvlies
B
Hoornvlies
C
Netvlies
D
Harde oogvlies

Slide 7 - Quiz

Waarmee zie je het beste?
A
Gele vlek
B
Blinde vlek
C
Netvlies
D
Pupil

Slide 8 - Quiz

Zintuigcellen
Kegeltjes:
  • Kleur (rood/groen/blauw)
  • Werken bij veel licht
Staafjes:
  • Zwart en grijs
  • Werken bij weinig licht

Slide 9 - Slide

Pupilreflex
Lengtespieren
Lengtespieren
Kringspieren
Kringspieren
Grote pupil:
  • Bij weinig licht
  • Lengtespieren in de iris aanspannen
  • Kringspieren in de iris ontspannen
Kleine pupil:
  • Bij veel licht
  • Lengtespieren in de iris ontspannen
  • Kringspieren in de iris aanspannen

Slide 10 - Slide

Scherp zien
Dichtbij scherp
  • Bolle lens
Veraf scherp
  • Platte lens

Slide 11 - Slide

Accommoderen
Het wisselen tussen een bolle en platte lens

Slide 12 - Slide

Accommoderen

Slide 13 - Slide

Wanneer heb je een bril nodig?
-

Als je niet scherpt kunt zien doordat
  • je je ooglens niet goed platter of boller kunt maken
  • de vorm van je oogbol is niet goed

Verziend > bolle lenzen
Bijziend > holle lenzen

Slide 14 - Slide

Bril nodig?
Verziend? 
Dichtbij onscherp, bolle lens, +

Bijziend?
Veraf onscherp, holle lens, -

Slide 15 - Slide

Hoe zie je diepte?
  • diepte zie je doordat je met twee ogen kijkt
  • rechteroog zie je iets anders dan linkeroog
  • hersenen voegen deze beelden samen
  • diepte zien is noodzakelijk
       bij het inschatten van afstand zien
        =     3D kijken

Slide 16 - Slide

Hiermee kan je kleur zien
A
Staafjes
B
Kegeltjes

Slide 17 - Quiz

sleep de namen naar de juiste nummers 
onderdelen oog 



1
5
7
9
iris
blinde vlek
netvlies
vaatvlies
hoornvlies
gele vlek
pupil

Slide 18 - Drag question

Langs welke onderdelen schijnt het licht als het in het oog valt?  Zet ze in  de goede volgorde.
lens  
hoornvlies
netvlies 
pupil

Slide 19 - Drag question

Bij veel licht is de pupil ....... en zijn de ......spieren aangespannen
A
Groot - lengte
B
Groot - kring
C
Klein - lengte
D
Klein - kring

Slide 20 - Quiz

Met een bolle lens zie je van ....... scherp en zijn de kringspieren in het straalvormig lichaam ..........
A
Dichtbij - ontspannen
B
Dichtbij - samengetrokken
C
Veraf - ontspannen
D
Veraf - samengetrokken

Slide 21 - Quiz

Huiswerk
  • Opdrachten 3.2 volgens studiewijzer - maken & nakijken

Slide 22 - Slide