3.4 Bevolking: spreiding, samenstelling en groei

Convectiestromen
Continentale platen
Oceanische platen

Wat hoort bij wat?
Dik / Dun
Zwaar / Licht
Basalt / Graniet


1 / 33
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Convectiestromen
Continentale platen
Oceanische platen

Wat hoort bij wat?
Dik / Dun
Zwaar / Licht
Basalt / Graniet


Slide 1 - Slide

Bewegingen van platen
Platen kunnen op drie manieren bewegen

Slide 2 - Slide

Naar elkaar toe: convergentie
Tegen elkaar


Zware oceanische lithosfeer duikt onder lichtere continentale lithosfeer
= subductie. Echter door relatief jonge oceanische lithosfeer = vlakke subductie
- Gebergtevorming: plooiingsgebergte
(Himalaya)
- Gebergtevorming (Andes)
- Trogvorming
- Vulkanen
Welk type vulkaan
Stratovulkanen

Slide 3 - Slide

Wat is een trog?

Trog: Diepe kloof die is ontstaan op de plek van subductie, daar waar de oceanische lithosfeer onder de continentale lithosfeer duikt.   

Slide 4 - Slide

Van elkaar af: divergentie
De ruimte wordt opgevuld met magma -> vorming nieuwe aardkorst.
Als twee oceanische platen uit elkaar drijven -> gebergte: Midden-Atlantische Rug). De dichtheid is laag als de oceanische korst relatief jong en nog warm is en wordt hoger naarmate de korst ouder wordt en afkoelt. 
Welk type vulkaan
Schildvulkanen

Slide 5 - Slide

Langs elkaar: transform
Platen schuiven langs elkaar en veroorzaken zo aardbevingen.
Voorbeeld: San Andreasbreuk

Slide 6 - Slide

Welke antwoorden zijn juist?
Bij subductie
A
duikt een oceanische plaat onder een continentale plaat
B
is sprake van een divergente plaatbeweging
C
komen lichte aardbevingen voor
D
ontstaat een stollingsgesteente zoals andesiet

Slide 7 - Quiz

2 beweringen:
1. De oostrand van Zuid-Amerika is tektonisch heel actief
2. Op het Braziliaanse en het Guyana-schild zijn vooral jonge gesteenten te vinden
A
1 is juist, 2 onjuist
B
beide beweringen zijn juist
C
1 is onjuist, 2 is juist
D
beide beweringen zijn onjuist

Slide 8 - Quiz

2 beweringen:
1. Oceanische platen zijn ouder dan continentale platen
2. Ertsaders ontstaan doordat verschillende onderdelen van het magma bij verschillende temperaturen stollen, zodat metalen zich na afkoeling op bepaalde plekken ophopen
A
1 is juist, 2 onjuist
B
beide beweringen zijn juist
C
1 is onjuist, 2 is juist
D
beide beweringen zijn onjuist

Slide 9 - Quiz

paragraaf 3.4 
Bevolking: spreiding, samenstelling en groei 

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Bevolkingsdruk
''De mate waarin de bewoners van een gebied beslag
leggen op de aanwezige ruimte en kringlopen
(natuurlijke mogelijkheden)''

Slide 12 - Slide

Bevolkings-spreiding
Bevolkingsdruk hangt af van de draagkracht van een gebied:
  • Klimaat
  • Bodemkwaliteit
  • Beschikbaarheid water
Bevolkingsdruk
De intensiteit (mate) waarin de inwoners van een gebied beslag leggen op de aanwezige ruimte en kringlopen.
Draagkracht
Het maximaal aantal mensen dat op een gebied of op aarde kan leven zonder schade aan te richten aan het ecosysteem.

Slide 13 - Slide

Dunbevolkte gebieden verklaard

Slide 14 - Slide

Indianen
Waar?
1. Langs rivieren in het Amazonegebied
2. Hogere delen Andes

Verklaring?
1. Beschikbaarheid van zoet water en voedsel
2. Koeler klimaat => geschikt voor gewassen als aardappelen, tarwe, mais



1
2
Hoogteligging en gewassen in de Andes

Slide 15 - Slide

Europese kolonisten
Waar?
1. Lagere delen Andesgebergte
2. Kustzone en monding rivieren

Verklaring?
1. Valleien geschikt voor tropische handelsgewassen zoals koffie, suiker en cacao
2. Goede bereikbaarheid i.v.m. handel




2
1
Centrum-periferie model

Slide 16 - Slide

Bevolkings-samenstelling
Bevolkingsgroepen
  • Indianen
  • Europeanen

  • Afrikanen (slaven)

  • Aziaten (contractarbeiders)
Mestiezen

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Bevolkingssamenstelling
Door het samenwonen van zoveel mensen met een verschillende etniciteit, is de samenleving van Zuid-Amerika erg gemestizeerd.

Mesties: Afstammeling van Indiaanse en blanke voorouders
Mulat: Afstammeling van een zwarte en blanke voorouders

Slide 19 - Slide

Demografisch transitiemodel

Slide 20 - Slide

In welk fase van het demografisch transitiemodel zitten de meeste landen van Zuid-Amerika?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 21 - Quiz

Wat valt je op?

Slide 22 - Slide

Demografische
ontwikkeling
Veel Zuid-Amerikaanse landen in de jaren '70 nog in fase 2, nu vooral in fase 3.

Verklaring voor deze opschuiving?
  • Stijgende welvaart
  • Scholing
  • Verstedelijking
  • Rol media (vooral soaps) in gezinsplanning

Slide 23 - Slide

Wat is het meest verstedelijkte continent?
A
Afrika
B
Azië
C
Europa
D
Zuid-Amerika

Slide 24 - Quiz

1960
2010

Slide 25 - Slide

Verstedelijking
Z.-A. = meest verstedelijkte continent (84%).

Na 1950 snelle verstedelijking door:
  • Mechanisering landbouw
  • Opkomst industrie in steden

Slide 26 - Slide

Wat zijn de gevolgen van deze snelle verstedelijking?

Slide 27 - Mind map

Verstedelijkings-tempo
Gevolgen van deze snelle verstedelijking:
  • Het ontstaan van megasteden (met favela's).
  • Toename bevolkingsdichtheid in kustzone, maar na 1980 vlakt dit af.
  • Na 1980 vooral snelle groei middelgrote steden omdat de megasteden vol raakten.

Slide 28 - Slide

Verstedelijking
Wat is het algemene verband tussen de
verstedelijkingsgraad en het verstedelijkingstempo?

Slide 29 - Slide

Verstedelijkings-graad
Zuid-Amerika is het meest verstedelijkte continent ter wereld.

Oorzaken snelle verstedelijking (na 1950).
Door mechanisatie:
  • Uitstoot landbouwarbeiders (platteland)
  • Opkomst industrie (in de stad)

Slide 30 - Slide

La Paz > El Alto (Bolivia)
El Alto is een favela (sloppenwijk): grote informele sector, overbelasting infrastructuur richting La Paz, onveilig gevoel vrouwen.

Oplossing: kabelbaan tussen La Paz & El Alto (bron 17)

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Rio de Janeiro

Slide 33 - Slide