This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
H6 voeding, vertering en gezondheid
Slide 1 - Slide
Vandaag
Terugblik §5.5
Start hoofdstuk 6:
§6.1
Slide 2 - Slide
Transport in houtvaten
Transport van water en mineralen vanaf wortels omhoog
-> stuwende kracht door:
verdamping via huidmondjes zorgt voor zuigkracht
worteldruk: nitraat en fosfaat actief opgenomen, hierdoor hogere osmotische waarde, die water uit bodem trekt
Slide 3 - Slide
Terugblik §5.5
Je beschrijft hoe planten water en voedingszouten in plantenwortels opnemen en transporteren.
Je vergelijkt de transportroute van planten voor water en mineralen met de sapstromen voor organische stoffen.
Slide 4 - Slide
Wortelharen nemen mineralen uit de bodem op in de cel. De concentratie in de cel is hoger dan in de bodem. Dit is een voorbeeld van
A
diffusie
B
osmose
C
actief transport
D
passief transport
Slide 5 - Quiz
Opname van water
Slide 6 - Slide
Osmose: (A) beweegt altijd naar de plek met de (B) opgeloste stoffen.
A
A:water
B: meest
B
A:water
B:minste
C
A:opgeloste stoffen
B:meeste
D
A:opgeloste stoffen
B:minste
Slide 7 - Quiz
Stroming in de houtvaten gaat altijd
A
omhoog
B
omlaag
C
in beiden richtingen
Slide 8 - Quiz
Houtvaten
vervoeren water en mineralen
van wortel naar blad
water omhoog gepompt door: worteldruk, capillaire werking, verdamping
Slide 9 - Slide
Bastvaten
vervoeren water en organische stoffen (sacharose)
van blad naar de rest van de plant
waterdruk door osmose
Slide 10 - Slide
Door welke 2 krachten wordt water in een plant omhoog getransporteerd?
Slide 11 - Open question
Slide 12 - Slide
In de bastvaten is de richting van de sapstroom afhankelijk van de plaats waar de suikers nodig zijn. Noem een situatie waarbij de sapstroom omhoog gaat en een waarbij deze omlaag gaat.
Slide 13 - Open question
Transport door bastvaten
Transport door bastvaten vindt plaats onder invloed van drukverhoging door osmose bij cellen die suikers maken en drukverlaging door osmose bij cellen die suikers opnemen.
Slide 14 - Slide
H6 voeding, vertering en gezondheid
Slide 15 - Slide
H6 voeding, vertering en gezondheid
6.1 gezonde voeding (CE)
6.2 verteringsstelsel (CE)
6.3 enzymen (CE)
6.4 transport door de darm, opname van stoffen (CE)
6.5 opslag en afbraak in de lever (CE)
BINAS 82 (voeding en spijsvertering)
Slide 16 - Slide
Doelen van deze les
- Je noemt factoren die van invloed zijn op de energiebehoefte van de mens.
- Je noemt de voedingsstoffen en hun functies.
- Je legt uit waardoor kleinere organismen sneller afkoelen dan grote organismen.
- Je beschrijft een gezond voedingspatroon en de gevolgen van een ongezond voedingspatroon.
Slide 17 - Slide
Energiebehoefte
H5: Ruststofwisseling is afhankelijk van geslacht, lengte, leeftijd...
Maar energiebehoefte ligt ook aan activiteit, omgevingstemperatuur en hormonen.
Slide 18 - Slide
Functies van voedingsstoffen
Slide 19 - Slide
Functies voedingsstoffen
6 verschillende voedingsstoffen:
Vetten
Eiwitten
Koolhydraten
Water
Vitamines
Mineralen
Ken van elk de functie!
Slide 20 - Slide
Vetten = brandstof
Noten, zaden, olie, vis
C, O en H atomen
Hoge energie waarde
Sommige zijn goed voor je, andere wat minder...
Slide 21 - Slide
Eiwitten = bouwstof
bouw van cellen, enzymen, hormonen.
Noten, zaden, dierlijke producten
C, O, H en N atomen
Opgevouwen ketens van aminozuren
Slide 22 - Slide
Koolhydraten
= brandstof
Graanproducten, rijst, fruit
C, O en H atomen
Naam eindigt op ‘-ose’
Slide 23 - Slide
Water = bouwstof
Bouwstof voor cellen
daarnaast transportmiddel, oplosmiddel, warmtebuffer en koelvloeistof.
ADH 1,5 a 2 liter
Slide 24 - Slide
Regelstoffen (beschermende stof)
Vitaminen zijn organische stoffen (gemaakt door een organisme)
Mineralen zijn anorganische stoffen. belangrijk voor bv. osmotische waarde. Als bouwstof, onderdeel van enzymen en hormonen.
Slide 25 - Slide
Voedingsvezels
Niet verteerbare plantaardige moleculen
Cellulose (celwanden)
Pectine (tussencelstof)
Versoepelen de ontlasting
Slide 26 - Slide
www.voedingscentrum.nl
Slide 27 - Link
Evenwichtige voeding
Voeding afgestemd op energieverbruik én hoeveelheid voedingsstoffen (ADH).
Ontbreekt de afstemming, dan kunnen welvaartsziekten of gebrekziekten ontstaan.
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Slide
Alles wat je nodig hebt
Pasgeboren kind: relatief groot lichaamsoppervlak (in vergelijking met inhoud) -> snelle afkoeling
Ouder worden: inhoud neemt sneller toe dan oppervlakte -> makkelijker warmte vasthouden