Periode 2 - week 46 - H.2.6-Schrijven

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Woensdag 17 november

Wat gaan we doen?      

• Huiswerk af? (opdr. 4, 5a-b-d, 6)
• Theorie H. 2.6-Schrijven, blz. 77
• AGENDA - Huiswerk vrijdag 19-11, 4e uur

  --> maken: H. 2.6-Schrijven, blz. 77, opdr. 7, 9, 10

  --> nakijken: opdr. 6, blz. 76

       

Pak je:

-agenda, pen

-boek, schrift

Geen Chromebook

nodig

H. 2.6 - Schrijven

Open je boek op p.77

Korte en lange zinnen

een goede inleiding

Titel van een verslag

korte en lange zinnen

Korte en lange zinnen gebruiken

Om je tekst prettiger om te lezen te maken schrijf dan niet te korte én niet te lange zinnen.

Lange zinnen zijn vaak twee kortere zinnen

aan elkaar geplakt met een voegwoord

dus, en, maar, of, want, als zijn voorbeelden van voegwoorden

Afwisseling nodig?

Gebruik ook eens een verwijswoord

De leerlingen uit klas 2 werken hard.

De leerlingen uit klas 2 houden van afwisseling.

Ze houden van afwisseling.

Gebruik ook eens een synoniem 

Het hondje blafte keihard. Het hondje beet ook nog. Het beestje beet ook nog.

Maak zelf een lange zin van deze twee korte zinnen:

Gebruik een voegwoord!

1. De zon schijnt. We eten buiten een ijsje.

2. Laura houdt van patat. Joyce vindt patat juist heel      vies.

Nog

wakker?

  Ga naar blz. 76 en 77

  We lezen samen tekst 1 en 2

Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?

Aan de slag 

H.2.6-Schrijven, p. 77, opdrachten: 7, 9, 10

Wat?

Met wie?

Hulp?

Klaar?

Zelfstandig

 Steek je vinger op

-Nakijken: opdr. 1.2, 6, 7, 8 van H.2.5

-Maak een samenvatting van H.2.5-Spelling