This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 7 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
6.5 Aardolie als grondstof
Slide 2 - Slide
Aardolie
Aardolie is ontstaan uit
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Video
Aardolie
Nu weet je hoe aardolie ontstaan is, maar hoe halen we het dan uit de aarde als het zo diep zit?
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Video
Aardolie
En hoe krijgen we het dan naar de raffinaderij?
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
Aardolie
En hoe bewerken we het dan tot bruikbare stoffen?
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Video
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Video
Slide 15 - Slide
Bij het destilleren van aardolie maak je gebruik van scheiden op basis van verschil inkookpunt. De stoffen met het hoogste kookpunt komen
A
bovenin de kolom
B
onderin de kolom
Slide 16 - Quiz
Slide 17 - Slide
Kraken
De fractie nafta is een bijzondere. Deze is niet meteen zomaar gebruiktsklaar. Het bestaat uit hele lange ketens moleculen en is daardoor niet handig.
Door de nafta te kraken breek je de lange molecuulketens in kleinere stukjes. Daarna kun je het bijvoorbeeld gebruiken voor kunststoffen en medicijenen.
Slide 18 - Slide
Verbranding van een koolwaterstof
Als je een koolwaterstof verbrand krijg je altijd water en koolstofdioxide (bij volledige verbranding dan).
Slide 19 - Slide
Aan de slag
Lees de tekst van 6.5 en maak de opdrachten van 6.5 Aardolie als grondstof.
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Alkanen
Een bijzondere groep koolwaterstoffen zijn de alkanen.
Alle alkanen zijn koolwaterstoffen, maar niet alle koolwaterstoffen zijn alkanen.
Slide 22 - Slide
Alkanen
Slide 23 - Slide
Alkanen
Slide 24 - Slide
1e deel filmpje
Bekijk het stukje wat ik uit het volgende filmpje heb geknipt. Hier worden de alkanen nog een keer genoemd.
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Video
Reeksen
Alkanen hebben nog iets bijzonders. Je kunt de reeks namelijk voorspellen. Alkanen hebben een formule die je kunt volgen.
CnH2n+2
Lijkt even moeilijk, maar volg mij even.
Slide 27 - Slide
CnH2n+2
De C staat voor Koolstof, de n erachter staat voor een bepaald aantal. n=dus aantal.
De H staat voor waterstof, en de 2n staat voor 2x het aantal wat bij de C staat.
+2 betekent gewoon 2 erbij tellen.
Nu een voorbeeld, nog niet uitzonen ;-)
Slide 28 - Slide
CnH2n+2
C4H10 is Butaan. Gaan we kijken hoe die formule past.
De 4 bij C4 is dus het aantal van de "n". Als je dan die 4x2 doet voor de H krijg je 8. Als je er dan 2 bij optelt, kom je op 10.
Wat krijg je dan voor formule als je 6 koolstofatomen hebt?
Schrijf op en laat zien!
Slide 29 - Slide
2e deel filmpje
In het tweede deel van het filmpje wordt deze reeks nog een keer uitgelegd. Bekijk en beantwoord daarna de 2 vragen.
Slide 30 - Slide
0
Slide 31 - Video
Ethaan heeft 2 koolstofatomen, wat is de molecuulformule? Gebruik: CnH2n+2, schrijf je berekening op en lever de foto in.
Slide 32 - Open question
Nonaan heeft 9 koolstofatomen, wat is de molecuulformule? Gebruik: CnH2n+2, schrijf je berekening op en lever de foto in.
Slide 33 - Open question
Kraken en polymerisatie
Zulke lange ketens koolwaterstoffen hebben we vaak niet veel aan. Dat betekent dat we deze ketens breken en er kleinere koolwaterstoffen van maken. Dit noemen we kraken.
Soms houd je juist te kleine ketens over, deze kun je weer aan elkaar schakelen. Dit noem je polymerisatie.