1. Alle verkleinwoorden het boompje, het hutje, het meisje, het kettinkje...
2. Woorden die eindigen op -isme, -ment, -sel en -um
het toerisme, het amusement, het zonnestelsel, het centrum…
3. Woorden (twee of meer lettergrepen) die beginnen met be-, ge-, ver-, ont-
het begin, het gebruik, het verhaal, het ontbijt...
4. Namen van talen, metalen en windrichtingen
het Nederlands, het Duits, het goud, het ijzer, het oosten, het zuidwesten...