Module 1.2 - Beroepshouding

Hoofdstuk 2 | Beroepshouding
1 / 41
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 1

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 2 | Beroepshouding

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Doel
  • Je kent de aspecten van een goede beroepshouding en weet hier voorbeelden van de benoemen. 
  • Je weet wat je grondhouding is en hoe deze door werkt in je beroepsmatig handelen, onder ander in de omgang met cliënten. 
  • Je kunt de waarden en normen benoemen in je beroep.
  • Je kent enkele wetten waar je als beroepskracht MZ mee te maken hebt. 

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Empathie
Inlevingsvermogen = Empathie
Hoe toon je inlevingsvermogen? 

Slide 5 - Slide

Empathie
Empathie is reageren met inleven in de ander. Hoe luister je empathisch? In de meeste gevallen: in stilte, met je aandacht bij de ander en niet bij jezelf. Empathie kan wel en niet verbindend zijn.


Medelijden is inleven gezien vanuit jezelf. Ik word er ook niet vrolijk van”. Jouw interpretatie vanuit jou en daarom nauwelijks verbindend.

Slide 6 - Slide

Welk onderwerp lijkt je moeilijk om je in in te leven?

Slide 7 - Mind map

Wat kun je doen om je inlevingsvermogen te vergroten?

Slide 8 - Mind map

Beroepshouding
Betrokkenheid tonen.

Betrokkenheid is echte belangstelling en aandacht voor de cliënten hebben, maar ook weten professionele afstand weten te bewaren.


Slide 9 - Slide

Wat kan er gebeuren in je werk dat je te betrokken wordt?

Slide 10 - Open question

AUTHENTIEK

Slide 11 - Slide

AUTHENTIEK
Oefening in ‘Transparant zijn, open en eerlijk’. Vertel om de beurt je eigen verhaal over je persoonlijke eigendom (wat, waarom, betekenis) 

Slide 12 - Slide

Opdrachten
Lees de theorie door van hoofdstuk 2.1

Maken
2: Beroepshouding en ethische dilemma’s
Verwerkingsopdrachten 1 t/m 8

Slide 13 - Slide

Terugblik - Quiz
Lees de theorie door van hoofdstuk 2.1
Beantwoord vervolgens de vragen van de quiz.

Lees de theorie door van hoofdstuk 2.1
Maken
2: Beroepshouding en ethische dilemma’s
Verwerkingsopdrachten 1 t/m 8
 
timer
10:00

Slide 14 - Slide

Bij welk beroepshoudingsaspect hoort de zwijgplicht
A
Respect
B
Eigen grenzen bewaken
C
Betrouwbaarheid en integer zijn
D
Verantwoordelijkheid dragen

Slide 15 - Quiz

Een client moet jou kunnen vertrouwen. Welk aspect hoort hierbij?
A
Respect
B
Eigen grenzen bewaken
C
Integer zijn
D
Verantwoordelijkheid dragen

Slide 16 - Quiz

Bij welk beroepshoudingsaspect hoort jezelf durven zijn.
A
Respect
B
Echtheid
C
Integer zijn
D
Eigen grenzen bewaken

Slide 17 - Quiz

Je accepteert de cliënt zoals hij is en in zijn keuzes.
Welk aspect hoort hierbij?
A
Respect
B
Zorgvuldigheid
C
Integer zijn
D
Echtheid

Slide 18 - Quiz

Geïrriteerd reageren als een cliënt iets niet begrijpt na 3 keer. Onbeheerst te werk gaan doordat je tijd te kort komt. Je beheerst dan te weinig van het volgende beroepshoudingsaspect.
A
Handelend optreden
B
Eigen grenzen bewaken
C
Integer zijn
D
Geduld uitoefenen

Slide 19 - Quiz

De cliënt bijt jou. Je geeft aan dat dit gedrag niet kan op een duidelijke manier. Wat pas je toe?
A
Echtheid
B
Eigen grenzen bewaken
C
Integer zijn
D
Inlevingsvermogen

Slide 20 - Quiz

De cliënt kan geen eten kopen omdat hij zijn weekgeld al op heeft gemaakt aan leuke hobby's. Hij beloofd de volgende keer het anders aan te pakken en wil geld van je lenen. Anders heeft hij echt niets te eten. In welk beroepshoudingsaspect moet je evenwicht bewaren?
A
Geduld
B
Bereidheid en zorgvuldigheid
C
Integer zijn
D
Inlevingsvermogen

Slide 21 - Quiz

Je praat met de cliënt en niet over hem of haar. Welk beroepshoudingsaspect laat je zien?
A
Respect tonen
B
Betrokkenheid
C
Integer zijn
D
Inlevingsvermogen

Slide 22 - Quiz

Een deel van je houding ligt vast, je grondhouding. Waar is deze mee verbonden?
A
Je gevoel voor respect
B
Je betrokkenheid
C
Je persoonlijkheid
D
Je inlevingsvermogen

Slide 23 - Quiz

Een ander woord voor empathie is...
A
Respect tonen
B
Handelend optreden
C
Integer zijn
D
Inlevingsvermogen

Slide 24 - Quiz

Initiatieven durven nemen in doen en communicatie. Bijvoorbeeld een zaak bespreken met een cliënt wat moeilijk is.
A
Respect tonen
B
Geduld uitoefenen
C
Handelend optreden
D
Inlevingsvermogen

Slide 25 - Quiz

Op de hoogte zijn van je taken en bevoegdheden hoort bij.. Weten wat je wel en niet mag doen.
A
Verantwoordelijkheid dragen
B
Geduld uitoefenen
C
Handelend optreden
D
Representatief zijn

Slide 26 - Quiz

Je toont belangstelling door echt te luisteren naar zowel de cliënt als de organisatie. Wat laat je dan zien?
A
Verantwoordelijkheid
B
Geduld
C
Zorgvuldigheid
D
Deskundigheid

Slide 27 - Quiz

Je bent op de hoogte van de actuele kennis en nieuwe, recente inzichten. Dit hoort bij je......
A
Verantwoordelijkheid
B
Geduld
C
Deskundigheid
D
Zorgvuldigheid

Slide 28 - Quiz

Hoofdstuk 2.2 | Beroepsmatig handelen

Slide 29 - Slide

2.2 Beroepscode

De beroepscode is een leidraad waarin staat waar de beroepsgroep voor staat en welke waarden en gedragsregels zij in hun beroepsuitoefening belangrijk vinden. 


Slide 30 - Slide

Slide 31 - Link

Themaopdracht beroepshouding
Beoordeling:
Samen werken
Verantwoordelijkheid dragen
Deskundigheid

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Video

2.2  Beroepsmatig handelen
Welke punten (2.2 beroepsmatig handelen) uit de beroepscode zie je in de film?

Slide 35 - Slide

Stellingen
Je krijgt 2 stellingen te zien.


Geef aan of je het er mee eens bent of niet en waarom!

Slide 36 - Slide

Ik heb een voorbeeldfunctie

Slide 37 - Open question

Ik zie de cliënten als gelijkwaardig medemens

Slide 38 - Open question

2.3 Ethische dilemma's
Wat is een ethisch dilemma?

Licentie - Hoofdstuk 2: beroepshouding en ethische dilemma's 
Opdracht 9 t/m 11 samen maken

Lees 2.3.1 stappenplan en maak de bijbehorende opdrachten

Slide 39 - Slide

Opdrachten
Licentie:
Hoofdstuk 2: beroepshouding en ethische dilemma's 

1 t/m 8 - individueel maken
Begrijp je de theorie? 

Slide 40 - Slide

Afsluiting
  • Je kent de verschillende aspecten van de beroepshouding
  • Je weet wat je grondhouding is en hoe deze door werkt in je beroepsmatig handelen, onder ander in de omgang met cliënten. 

Slide 41 - Slide