HFD 4 De Franken - 4.5 Op het kasteel

Sleep de zinnen naar het goede tijdvak.
Tijd van Grieken en Romeinen
Tijd van Monniken en Ridders
Gladiatorenspelen
Kloosters worden gesticht
Het hofstelsel
De islam ontstaat
Romanisering
Het Frankische rijk.
Ontstaan christendom

1 / 32
next
Slide 1: Drag question
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Sleep de zinnen naar het goede tijdvak.
Tijd van Grieken en Romeinen
Tijd van Monniken en Ridders
Gladiatorenspelen
Kloosters worden gesticht
Het hofstelsel
De islam ontstaat
Romanisering
Het Frankische rijk.
Ontstaan christendom

Slide 1 - Drag question

Op het kasteel
4.5 Op het kasteel

Slide 2 - Slide

Een keizer met allure
Karel de Grote probeerde de vroegere Romeinse keizers te imiteren:

  1. Ongeschreven recht van overwonnen volken opschrijven
  2. Zelf nieuwe wetten opgesteld
  3. Verbetering bestuur: 'zendgraven' controleren rechters en bestuurders
  4. Handel bevorderen: nieuwe zilveren munt
  5. Verzamelde geleerden aan zijn hof (o.a. Alquin)
  6. Verbetering onderwijs: alle kerken en kloosters moesten een school hebben
  7. Hij had een palts en verbleef daar vaak
Alquin
Alquin (735-804) was een engelse geleerde uit York. Hij was de geleerde en adviseur in onderwijszaken voor Karel de Grote. 
Alquin zette een aantal scholen op die verbonden waren aan kerken en kloosters. 

https://nl.wikipedia.org/wiki/Alcuinus

Palts
Een palts was een koninklijk domein. Karel had een palts in Aken waar hij vaak verbleef. Door de warmwaterbronnen werd zijn pijn van zijn jicht verlicht. 

https://nl.wikipedia.org/wiki/Akener_koningspalts
https://nl.wikipedia.org/wiki/Paltskapel_(Aken)

Slide 3 - Slide

Akener koningspalts

Slide 4 - Slide

Het rijk valt uiteen
  • Rijk hield niet lang stand na hem. 
  • 814: zoon Lodewijk de Vrome neemt het rijk over
  • De zonen van Lodewijk krijgen ruzie over de erfenis (zelfs al toen Lodewijk nog leefde)
  • 843: Lodewijk overleden

  • Verdeling van het rijk in 3:
  1. Het West-Frankische Rijk
  2. Het Oost-Frankische rijk
  3. Het Middenrijk (viel later nog verder uiteen en verdeeld onder de andere 2 rijken) > door andere niet -Karolingische koningen.

Slide 5 - Slide

Nieuwe invallers
  • Nieuwe invallers: o.a. de Noormannen:
  • Heidens
  • Goede zeelui: bereikten al Amerika (500 jaar voor Columbus)
  • Velen waren handelaren, maar anderen plunderden. 
  • De kust van Noordwest-Europa leed onder de invallen (bijv. Utrecht en Dorestad. Dorestad was een handelsplaats, maar werd toch uiteindelijk geplunderd).
  • De opvolgers van Karel de Grote waren te zwak om iets te doen aan de Noormannen en andere invallers
  • Gevolg: Edelen van West-Frankische en Oost-Frankische rijk kozen nieuwe koningen
  • 1000: afname van de strooptochten > al veel gebied veroverd, de Noormannen vestigden en vermengden zich daar en werden toen ook christen.

Noormannen
https://historiek.net/invallen-van-de-vikingen-800-1000/65401/
https://nl.wikipedia.org/wiki/Geschiedenis_van_de_Vikingen
Dorestad
https://www.rtvutrecht.nl/gemist/uitzending/rtvutrecht/verleden-van-utrecht/20130209-0715/

https://www.entoen.nu/nl/utrecht/onderwijscanon/dorestad

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Bekijk de filmpjes
https://schooltv.nl/video/vroeger-zo-de-vikingen-komen/



Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Groeiende chaos
  • De nieuwe koningen hadden niet zoveel macht als de Karolingen
  • Hertogen en graven regeerden hun gebieden als zelfstandige vorsten 
Oorzaak: leenstelsel :
  1. Hun lenen gingen ze als eigendom zien 
  2. Namen eigen leenmannen in dienst (hertogen en graven werden dus ook leenheer) >
  3. Koningen hadden over deze achterleenmannen niet veel te zeggen 

Gevolg: Koningen minder grip op hun rijk, hun gezag raakte verbrokkeld
1000: Delen van Europa bestuurd door kleine heren die zich niets aantrokken van anderen.
Leenstelsel
https://www.youtube.com/watch?v=tOieORUWHD0

Slide 10 - Slide

Het kasteel
  • Niet alleen onrust door invallers, ook door kleine heren en ridders roof en geweld.
  • Oorspronkelijke taak van de heren/ridders: verdediging land en handhaven orde
  • Wat gebeurde: wapens gebruiken om zelf beter te worden:
  1. Afpersing door roofridders + eisen deel van oogst van de boeren
  2. Uitvalbasis: het kasteel

  • Vroege Middeleeuwen: Versterkte hoeven = boerderijen met een houten toren en omheining van houten palen en een gracht.

  • Late Middeleeuwen: Stenen kastelen met hoge torens


Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Slide 13 - Video

Het kasteel
  • Bescherming in onveilige tijd: boeren konden er schuilen
  • Afpakken van spullen van reizigers: Kooplui moesten tol betalen in ruil voor bescherming

  • Gevolg: Kasteelheren werden heel rijk en stegen in rang (hoge adel) > Adellijke en koninklijke families in Europa 

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Waarom schreven de Monniken negatief over de Noormannen?
A
Negatieve teksten verkochten beter
B
Op deze manier probeerden ze vrienden te worden met de Noormannen
C
De Monniken waren vaak doelwit van de plunderingen
D
Zo hoopten ze veel mensen kwaad te maken om zo tegen de Noormannen te kunnen vechten

Slide 16 - Quiz

Waarom zouden de Noormannen soms kiezen voor te roven en soms voor handel?
A
Het lag er maar net aan met hoeveel schepen ze waren
B
Soms hadden ze gewoon geen zin om te roven
C
Als de tegenstanders te sterk waren kozen ze liever voor handel
D
Ze kozen alleen in Engeland voor roven de rest was handel

Slide 17 - Quiz

Sleep naar de goede plek in de Middeleeuwse stad
kasteel
Stadspoort
Stadsmuur
Kerk
Koopmanshuis

Slide 18 - Drag question

Maak de juiste combinatie
Adel
Burcht
Middeleeuwen
Ridder
Tijd van 500 1500
Rijke en belangrijke mansen zoals graven en hertogen
Eerst een versterkt huis, later een stenen kasteel
Adelijke soldaat te paard

Slide 19 - Drag question

Steeds meer ...1... zochten bescherming bij een ...2... . De heer kreeg zo een groot stuk ...3... . Hij werd steeds ...4... . Houten huizen groeiden uit tot een ...5... . Veel heren voerden ...6... met elkaar. Als het ...7... dichtbij kwam, mochten de horigen ...8... in het kasteel van de heer. Heren hoorden bij de ...9... .
Zet de woorden op de juiste plek
adel
gevaar
grond
heer
horigen
kasteel
machtiger
oorlog
schuilen

Slide 20 - Drag question

Opdrachten 4.5
Maak 1 t/m 10

Heb je dit af, dan ga je verder met 4.6 Afsluiting om het hoofdstuk te herhalen.


Lever de antwoorden van de opdrachten in via Magister!

Slide 21 - Slide

De macht van de Frankische vorsten werd niet alleen van binnenuit bedreigd. Wat was een bedreiging voor de Frankische vorsten van buitenaf.
A
De pest
B
De invallen van de noormannen
C
De invallen van de Turken

Slide 22 - Quiz

Beantwoorden leerdoelen
Deelvraag: Door welke oorzaken viel het Karolingische rijk uiteen?

  1. Waarom was Karel de Grote een keizer met allure?
  2. Waarom viel het rijk van Karel de Grote uiteen?
  3. Van wie kreeg Europa/de Frankiscche rijken last en waarom konden de koningen niet tegen hen op?
  4. Leg aan de hand van het leenstelsel uit waarom er meer chaos ontstond.
  5. Wat was de functie van een kasteel?

Slide 23 - Slide

Wat heeft een Middel-eeuwse stad?
Wat is 
een hofstelsel?
Hoe ontstond handel
?
Wat zijn ambachten
?
Hoe groeide een stad?
Een kasteel had veel koopmannen en een grote markt. Ruimte rondom kasteel werd volgebouwd tot het vol was. Overal waren houten huizen. Een stadmuur met stadspoorten gebouwd. Nu was er meer ruimte om te wonen. 
  • kerk 
  • koopmanshuis
  • stadsmuur
  • markt
  • stadspoort
Een koning verdeelde zijn land. Leenmannen (vazallen) kregen een stuk grond. Horigen (boeren) bewerkten dit land in ruil voor bescherming.
Boeren wisten steeds beter land te bewerken. Ook kwamen ze erachter dat grond braak laten de grond verbeterde. (drieslagenstelsel) Er kwam meer oogst. Boeren werden koopmannen. Koopmannen verhandelden oogst of zichzelf, als ze iets goed konden maken of doen.
Een ambacht is een ander woord voor beroep of vak. 

Slide 24 - Drag question

Maak de juiste combinaties
Middeleeuwen
Adel
Heer
Hofstelsel
De tijd tussen 500 en 1500.
Systeem waarbij horigen leven op het land van een heer. Zij mogen schuilen bij gevaar in het kasteel. In ruil daarvoor betalen zij belasting.
Een machtige boer die veel grond bezat. Hij was de baas van een grote, sterke boerderij.
De groep van machtige boeren (heren). De adel had bepaalde voorrechten. Ze hadden vaak veel grond en bestuurden een bepaald gebied.

Slide 25 - Drag question

Bekijk de afbeelding (klik erop). Welke uiterlijke kenmerken had een kasteel?

Slide 26 - Open question

Welke functies had een kasteel?

Slide 27 - Open question

4.6 Afsluiting
Neem 4.6 door en maak opdrachten 1 t/m 10 van 4.6

Slide 28 - Slide

Samenvatten HFD 4
Maak een samenvatting van HFD 4

Slide 29 - Slide

Welk volk stichtte uiteindelijk het grootste rijk in het begin van de middeleeuwen
A
Vikingen
B
Noormannen
C
Franken
D
Hunnen

Slide 30 - Quiz

Waren de Noormannen christelijk?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 31 - Quiz

De eerste Europeanen die in Noord-Amerika kwamen waren
A
Spanjaarden
B
Portugezen
C
Noormannen
D
Engelsen

Slide 32 - Quiz