Beginnend lezen NT2 vervolg

Beginnend lezen NT2

1 / 23

Slide 1: Slide

NederlandsISK

This lesson contains 23 slides, with text slides.

Lesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Beginnend lezen NT2

Slide 1 - Slide

1. Er zit een ....... aan mijn riem

2. De ......... prikt mij.

3. Ik rasp de appel met een .................

Slide 2 - Slide

Ik speel een .............

De dokter pakt een .....................

Ik ............... geld.

Slide 3 - Slide

Ik win een ..............

Slide 4 - Slide

Ik fiets op ..............

Slide 5 - Slide

Ik ben bang voor de .....................

Slide 6 - Slide

Mijn zus draagt een .............

Slide 7 - Slide

Sil zit op de ...............

Slide 8 - Slide

Lis .................. in haar bed.

Slide 9 - Slide

Ik ben heel ..........

Slide 10 - Slide

Een ................. is niet echt.

Slide 11 - Slide

Ik ................ koffie.

Slide 12 - Slide

De rat zit in de ..............

Slide 13 - Slide

De ..................... zit op de paal

Slide 14 - Slide

De ..........zwemt in de zee.

Slide 15 - Slide

Wij zijn in de ................

Slide 16 - Slide

Mijn .............. is nieuw.

Slide 17 - Slide

Ik lees de .......................

Slide 18 - Slide

Ik draag een ..................... als het koud is.

Slide 19 - Slide

Ik ................... omhoog.

Slide 20 - Slide

De hond is heel .............

Slide 21 - Slide

De ......................staat in de sneeuw.

Slide 22 - Slide

Goed gedaan!

Slide 23 - Slide

Beginnend lezen NT2 vervolg

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

More lessons like this

Beginnend lezen NT2

Woordenlijst 1

i e ie

Les 3: i - ie

Storm om mij heen

stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

i e ie

Les 3: i - ie