Wat: Paragraaf 1.6: opdr. 53, 54, 57 en 59
Hoe: Eerste 5 minuten stil en zelfstandig, geen vragen (rood). Daarna mag je zacht overleggen met je buur. Heb je een vraag, steek dan je hand op (oranje).
Tijd: tot 13:50
Klaar?: Ga aan de slag met de opgaven uit vorige
paragrafen die je nog niet hebt gemaakt.