Paragraaf 2 Consumeren met en zonder geld

Programma

Herhaling paragraaf 1

Huiswerk gemaakt paragraaf 1

Uitleg en maken paragraaf 2

1 / 13

Slide 1: Slide

EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 13 slides, with text slides.

Lesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Programma

Herhaling paragraaf 1

Huiswerk gemaakt paragraaf 1

Uitleg en maken paragraaf 2

Slide 1 - Slide

Herhaling

Primaire (basis) behoeften <--> Secundaire behoeften

Schaarse goederen <--> Vrije goederen

Gebruiksgoederen <--> Verbruiksgoederen

Goederen <--> Diensten

Slide 2 - Slide

Leerdoelen

Ik kan uitleggen dat je kunt consumeren met geld

Ik kan uitleggen dat je kunt consumeren zonder geld

Slide 3 - Slide

Consumeren

Consumeren = in je behoeften te voorzien door iets te kopen. Die persoon noem je een consument.

Slide 4 - Slide

Je kunt consumeren door

kopen van producten

zelfvoorziening

de natuur

het gebruik van collectieve voorzieningen.

Slide 5 - Slide

In je behoeften voorzien

Zelfvoorziening --> zelf producten maken

Consument --> Je koopt goederen en diensten

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Collectieve voorziening

worden geleverd door de overheid , voor iedereen
Belasting gedeeltelijk of geheel betaald
worden soms gedeeltelijk betaald door de consumenten
Voorbeelden????

Slide 8 - Slide

Collectieve goederen

Voorzieningen waar alle burgers gebruik van kunnen maken en die worden geleverd en (deels) betaald door de overheid.

Slide 9 - Slide

wat is het verschil tussen welvaart en welzijn?

Slide 10 - Slide

Verschil Welvaart en Welzijn

Welvaart = de mate waarin mensen in hun behoeften kunnen voorzien

Welzijn = de mate waarin je je gelukkig voelt

Je kunt dus heel welvarend zijn maar het welzijn is heel laag.

Slide 11 - Slide