Sesión 4 Kronenburgh

• Spaans
• MBO
• Studiejaar 2

Sesión 4 Kronenburgh

El vocabulario - Woordenschat

Drag and Drop

Países y nacionalidades

España

Marruecos

Alemania

Argentina

Perú

Francia

Italia

Marroquí

Alemán(a)

Español(a)

Italiano(a)

peruano(a)

francés(a)

argentino(a)

Hoe kan je iemand begroeten in het Spaans?

Hoe kan je afscheid van iemand nemen in het Spaans?

welke woorden van "la familia" ken je in het Spaans?

Schrijf 1 zin in het Spaans over je familie.

Los días de la semana son ...

Qué día es hoy? Wat is de dag vandaag?

1. Miércoles 17 de febrero
2. Viernes 17 de enero
3. Domingo 17 de marzo
4. Sábado 17 de febrero

rubio

moreno

alto

delgado

grande

guapo

gracioso

simpático

castaño

cano

aardig

groot

kastanjebruin

grappig

bruin

grijshaar 

lang

blond

dun

knap

¿Qué hora es?

Son las cuatro y media. 

Son las tres (en punto).

Son las seis y diez. 

Son las ocho menos veinticinco.

¿A qué hora comes?

¿A qué hora estudias en Kronenburgh?

Wat drinken ze?

1. Wijn
2. Bier
3. Wijn en bier
4. Water

Wat is de speciale maaltijd?

1. Gambas met rijst
2. Gambas met soep
3. Gambas met groente
4. Gambas met knoflook

Hoe vraag je voor de rekening in het Spaans?

1. La cuenta por favor.
2. Tienen el menú.
3. Qué me recomienda
4. Para mí una sopa.

¿Cuál es tu comida favorita? Kijk naar de woordenschat op blz 187 Tekstboek

In welke regio van Mexico is deze aflevering opgenomen?

1. Sinaloa
2. Oaxaca
3. Baja California
4. Veracruz

Hoe zeg je "street food" in het Spaans?

1. Bebida callejera
2. Comida callejera

Waar werkt Doña Vale?

1. In de markt (mercado de abastos)
2. In het centrum van de stad.
3. In het treinstation (estación de tren)
4. Bij een hotel met veel toeristen.

Noem 2 ingrediënten die Doña Vale gebruikt in haar keuken.

¿Te gusta la comida mexicana?