Stel jezelf voor: je naam, waar je woont, je leeftijd.
Vertel iets over je familie: broers, zussen, ouders, huisdieren etc, hun uiterlijk en karakter (van 1 persoon/dier).
Vertel wat je leuk vindt om te doen, hoe vaak je dat doet, of je wedstrijden doet etc. Vertel wat je in de vakantie gaat doen.
Bedenk zelf nog iets extra's om te vertellen.
Gesprekspartner: stel eens een vraag, of wissel af. (et toi?)