23-01-09-vragende vnw

¿Qué tal las vacaciones?
😒🙁😐🙂😃
1 / 13
next
Slide 1: Poll
SpaansMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

¿Qué tal las vacaciones?
😒🙁😐🙂😃

Slide 1 - Poll

Plan de hoy
1. Herhalen werkwoorden Ser & Estar
2. NIEUW: Vragend voornaamwoord - uitleg en oefenen.
3. Planning tot toets bespreken
nodig:
- schrift
- werkboek

Slide 2 - Slide

Ser: Zijn
Ser: Zijn
yo
él, ella, usted
 nosotros
vosotros
ellos, ustedes
soy
 eres
 es
 somos
sois
son

Slide 3 - Drag question

Estar: zijn (zich bevinden)
yo
él, ella, usted
 nosotros/as
vosotros/as
ellos, ellas, ustedes
estoy
 estás
 está
estamos
estáis
están

Slide 4 - Drag question

Noem een voorbeeld van een Nederlands 'vragend voornaamwoord'.

Slide 5 - Open question

Schrijf in schrift:

Wie?
Wat?
Waar?
Waarom?
Wanneer?
Welke?
Hoeveel?
Vragend vnw:

¿Quién? / Quiénes (mv)
¿Qué?
¿Dónde?
¿Por qué?
¿Cuándo?
¿Cuál?
¿Cuánto?

Slide 6 - Slide

Welk woord ontbreekt in de vraag "Hoe heet je"? PRONOMBRE INTERROGATIVO

¿ ____ te llamas?
A
dónde
B
cómo
C
de dónde
D
cuántos

Slide 7 - Quiz

Welk woord ontbreekt in de vraag "Waar woon je?
PRONOMBRE INTERROGATIVO

¿ ____ vives?
A
dónde
B
cómo
C
quién
D
cuántos

Slide 8 - Quiz

Welk woord ontbreekt in de vraag "Hoeveel kost het?
PRONOMBRE INTERROGATIVO

¿ ____ cuesta?
A
dónde
B
cómo
C
qué
D
cuánto

Slide 9 - Quiz

Welk woord ontbreekt in de vraag "Wie is dat?
PRONOMBRE INTERROGATIVO

¿ ____ es él?
A
dónde
B
quién
C
qué
D
por qué

Slide 10 - Quiz

Maken: opdracht 21 (wb p. 45)
Eerder klaar?
Woordjes leren 2.4 werkboek
timer
10:00

Slide 11 - Slide

Planning tot toets
Vr. 13 jan 
Frases clave + herhaling
Ma. 16 jan
Overhoring woordjes 2.4 
(niet halen = flexuren)
Vr. 20 jan
D-toets
Ma. 23 jan
Leren & vragen stellen
Vr. 27 jan
TOETS - Hoofdstuk 2

Slide 12 - Slide

Wat kennen voor toets?
- Vocabulario 2.4 (Ne-Sp EN Sp-Ne) Werkboek p. 56
- De werkwoorden Ser – estar en hay (extra werkblad). De vervoegingen.
- Vraagnaamwoorden (Bron G – tekstboek p. 22)
- Frases clave (basiszinnen) Bron E en J – Tekstboek p. 21 en 24. Ne-Sp en SP-Ne

Slide 13 - Slide