Spreekwoorden met dieren

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Spreekwoorden 19/2

Wat zijn spreekwoorden?

Een spreekwoord is een korte, krachtige uitspraak die een waarheid of wijsheid bevat.

Wat ga je doen vandaag?

* Spreekwoorden leren over dieren

Wat voor spreekwoorden zijn er?

Planten, natuur, lichaam, eten, kleding, beroepen, leven en dood, dieren en meer

Welke spreekwoorden over dieren ken je al?

Er als een haas vandoor gaan.

Er als een haas vandoor gaan.

1. Hij rent hard weg
2. Hij rent zo snel als een haas
3. Hij kiest de goede weg
4. Hij is bang dat hij wordt opgegeten

Hij rent hard weg.

Ongrijpbaar

Hij is een haantje-de-voorste.

Hij is een haantje-de-voorste

1. Hij is altijd de beste
2. Hij is altijd de slimste
3. Hij is er altijd als eerste bij
4. Hij valt buiten de groep

Hij is er altijd als eerste bij.

Een ezel stoot zich geen twee keer aan dezelfde steen.

Een ezel stoot zich geen twee keer aan dezelfde steen.

1. Alleen iemand die dommer is dan een ezel maakt 2x dezelfde fout
2. Ezels zijn eigenlijk hele slimme dieren
3. Als je steeds dezelfde fout maakt, is dat niet zo erg
4. Ezels zijn hele domme dieren.

Alleen iemand die dommer is dan een ezel maakt twee keer dezelfde fout

Bekijk nu de spreekwoorden op de volgende dia's. 

Eerst krijg je het spreekwoord te zien, daarna de betekenis.

De aap komt uit de mouw.

De waarheid wordt onverwacht duidelijk.

Blaffende honden bijten niet.

Van wie veel dreigt, heb je vaak het minst te vrezen.

Leven als kat en hond.

Vaak ruzie maken.

De kat uit de boom kijken.

Een afwachtende houding aannemen.

Opdracht

- Kies uit de lijst (op de volgende dia) 3 spreekwoorden over dieren.

- Zoek en schrijf de betekenis erbij.

- Bedenk een situatie.

- Zoek er passende afbeeldingen/plaatjes bij.

- Maak er een mooie collage van!

- Upload het op Toddle

Lijst met spreekwoorden

1. Als twee honden vechten om een been, loopt de derde ermee heen.
2. Een kat in de zak kopen.
3. Als de kat van huis is, dansen de muizen op tafel.
4. Het zwarte schaap van de familie zijn.
5. Iemand blij maken met een dode mus.
6. Als een kip zonder kop rondlopen.
7. Als het kalf verdronken is, dempt men de put.
8. De vos verliest wel zijn haren, maar niet zijn streken.
9. Van een mug een olifant maken.
10. Het is beter één vogel in de hand te hebben dan tien in de lucht.