Store Challenge les 5

1 / 33
next
Slide 1: Slide
RetailMBOStudiejaar 1

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Wat hebben we vorige les besproken?

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Het assortiment
= bestaat uit alle artikelen die een retailer aanbiedt in zijn winkel
         P van product (marketingmix)

Wat weet je al?
Breed assortiment = heel veel verschillende artikelen
Smal assortiment = een paar soorten artikelen
Diep assortiment = meerdere soorten van een bepaald artikel
Ondiep assortiment = 1 soort van een bepaald artikel

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Wat is het assortiment?
A
Alle producten die een winkel verkoopt
B
Alle producten die een winkel niet verkoopt
C
Alle producten die iets met elkaar te maken hebben

Slide 17 - Quiz

Het randassortiment van de AH is dierenvoeding
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quiz

Wat is een randassortiment?
A
Producten die de klank minimaal verwacht aan te treffen.
B
Producten die de klant niet direct verwacht in de winkel.
C
Artikelen die op het randje staan.

Slide 19 - Quiz

Wat betekent een diep assortiment?
A
Veel producten binnen 1 productgroep.
B
Weinig producten binnen 1 productgroep.

Slide 20 - Quiz

Wat is een kenmerk van een diep assortiment?
A
veel productgroepen
B
veel productvarianten
C
alles uit voorraad leverbaar

Slide 21 - Quiz

Een juwelier heeft een......
A
Breed assortiment
B
Smal assortiment

Slide 22 - Quiz

Wat is een ondiep assortiment
A
van elke artikelgroep een paar artikelen
B
van elke artikelgroep veel artikelen
C
artikelgroepen
D
ondiepe schappen

Slide 23 - Quiz

Heeft een slager een diep of een ondiep assortiment?
A
Diep
B
Ondiep

Slide 24 - Quiz

Albert Heijn heeft een .....
A
Breed assortiment
B
Smal assortiment

Slide 25 - Quiz

Een kenmerk van een breed assortiment is
A
veel productgroepen
B
veel productvarianten
C
weinig productgroepen
D
weinig producten

Slide 26 - Quiz

Wat betekend breed assortiment ?
A
veel verschillende producten, maar niet veel variatie
B
weinig producten en en weinig variatie
C
veel producten en veel variatie
D
weinig producten en veel variatie

Slide 27 - Quiz

Een jeanswinkel heeft een
A
Breed assortiment
B
ondiep assortiment
C
diep assortiment

Slide 28 - Quiz

Bij een breed assortiment zijn er:
A
veel verschillende artikelvariëteiten
B
veel verschillende artikelgroepen
C
weinig verschillende artikelgroepen

Slide 29 - Quiz

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide