Erste Lektion: Text lesen Sätze filtern Wörter und Sätze in Quizlet Signalwörter übersetzen Eigen Arbeitstag aufschreiben
1 / 14
next
Slide 1: Slide
DuitsMBOStudiejaar 2
This lesson contains 14 slides, with interactive quiz and text slides.
Lesson duration is: 80 min
Items in this lesson
Mein Arbeitstag beschreiben 2
Erste Lektion: Text lesen Sätze filtern Wörter und Sätze in Quizlet Signalwörter übersetzen Eigen Arbeitstag aufschreiben
Slide 1 - Slide
Programm
Wiederholung Wörter und Sätze letzte Woche mit einem Quizlet Spiel
Wiederholung Signalwörter und Beispiel
Instruktion und Sprech-Bilderübung
Gesprächsschlange 'an der Rezeption'
Slide 2 - Slide
Wiederholung
Wir machen 3 Runden in Gruppen. Wir spielen ein Spiel in Quizlet.
Slide 3 - Slide
quizlet.com
Slide 4 - Link
Wiederholung Signalwörter
Opsommingswoorden Ten eerste Ten tweede Ten derde Eerst Dan Daarna ...en dan Daaropvolgend/ vervolgens Verder Als laatste
Slide 5 - Slide
Beispiel
Zuerst lese ich meine E-Mails. Dann prüfe ich meinen Stundenplan (lesrooster). Danach überlege ich mit Kollegen. Weiter bereite ich meine Lektionen vor und kopiere ich Unterrichtsmaterial. Zuletzt gebe ich Deutschunterricht an Studenten.
Slide 6 - Slide
Jezt ihr!
Runde 1: Elkaar van het blad Duitse zinnen voorlezen en deze vertalen in het Nederlands. Deze ronde is ervoor om jullie breinen verder wakker te maken voor dit thema. Vraag elkaar max.3 zinnen achter elkaar en draai dan de rollen om.
timer
5:00
Slide 7 - Slide
Runde 2:
Neem minimaal 3 plaatjes uit de enveloppe, maar laat deze niet aan je medestudent zien.
Beschrijf de plaatjes (evt.met behulp van de woordenlijst), maar betrek ze op jezelf.
Vorm steeds de volgende zin:
Opsommingswoord- werkwoord- ich- wie/wat
Opsommingswoord- werkwoord- ich - wie/wat
Opsommingswoord - werkwoord - ich - wie/wat
Je medestudent vertaalt in het Nederlands wat je gezegd hebt.
Draai nadat de een klaar is de rollen om.
timer
5:00
Slide 8 - Slide
Runde 3: Nu kiest je medestudent minimaal 3 plaatjes voor jou uit. Jij vertelt vervolgens in een opsomming welke werkzaamheden er op de plaatjes staan, maar je betrekt deze dus op jezelf. Vorm steeds de volgende zin: Opsommingswoord - werkwoord - ich - wie/wat.
Draai nadat je klaar bent de rollen om.
timer
5:00
Slide 9 - Slide
Teil 3
Letzte Woche:
Wiederholung Wörter und Sätze letzte Woche mit einem Quizlet Spiel