Disk thema 4 - eten - Gebiedende wijs

Gebiedende wijs
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NT2ISK

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Gebiedende wijs

Slide 1 - Slide

Wat gaan jullie doen?
- Oefenen met de gebiedende wijs.
- Zelf zinnen in de gebiedende wijs schrijven.
- Instructies schrijven.
- Instructies aan elkaar geven.

Slide 2 - Slide

De instructie 
de woorden waarmee je vertelt hoe iemand iets kan of moet doen.

De juf geeft instructie aan de studenten.

Slide 3 - Slide

Gebiedende wijs
Loop rechtdoor.
Ga linksaf / rechtsaf.
Sta stil.
Doe de deur open.
Doe je arm omhoog.
Pak je pen.
Ga naar huis.
  • Wat valt op aan deze zinnen?
  • Welke woordsoort staat vooraan?
  • In welke vorm staat het werkwoord?

Slide 4 - Slide

De gebiedende wijs
Loop naar de deur.
Pak je pen.
Doe je schrift open.

  • Werkwoord vooraan in de zin.
  • Werkwoord in de ik-vorm

Slide 5 - Slide

De gebiedende wijs
  • Gebruik je als je instructies geeft.
  • Wanneer je zegt wat iemand moet doen.
  • Wanneer je een waarschuwing geeft.

Slide 6 - Slide

Loopt nu naar school!
A
Goed
B
Niet goed

Slide 7 - Quiz

Ga nu naar huis.
A
Goed
B
Niet goed

Slide 8 - Quiz

Pak je pen van de grond.
A
Goed
B
Niet goed

Slide 9 - Quiz

Zetten de oven aan.
A
Goed
B
Niet goed

Slide 10 - Quiz

Maak een zin in de gebiedende wijs:
De leerlingen moeten hun spullen opruimen.

Slide 11 - Open question

Maak een zin in de gebiedende wijs:
Je moet morgen naar school gaan.

Slide 12 - Open question

Slide 13 - Video

Opdracht
  • Schrijf zelf een recept voor iets dat jij lekker vind.

Slide 14 - Slide

Welke dingen zet je in een recept?
  • Wat ga je maken? = de naam 
  • Ingrediënten 
  • Welke kookspullen heb je nodig?
  • Hoe moet je het doen? = bereidingswijze
  • Een foto 

Slide 15 - Slide

Voorbeeld recept:

Slide 16 - Slide

De gebiedende wijs
Loop naar de deur.
Pak je pen.
Doe je schrift open.

  • Werkwoord vooraan in de zin.
  • Werkwoord in de ik-vorm

Slide 17 - Slide


... (Komen) hier!

Slide 18 - Open question


... (Wassen) je handen!

Slide 19 - Open question


...(Worden) wakker!

Slide 20 - Open question


...(Gaan) liggen!

Slide 21 - Open question


... (Luisteren) naar je docent!

Slide 22 - Open question


... (Leren) nu alles over grammatica.

Slide 23 - Open question


... (Lezen) de uitleg over werkwoordspelling.

Slide 24 - Open question


... (Maken) de opdrachten in je boek.

Slide 25 - Open question