KT Paragraaf 1 - Klimaten op aarde

H3 - paragraaf 1
Klimaten op aarde
1 / 51
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

H3 - paragraaf 1
Klimaten op aarde

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je:

- De vijf hoofdklimaten benoemen en benoemen waar ze voorkomen

- Het verschil tussen weer en klimaat uitleggen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

We gaan op vakantie


Welke kledingen pak je in je koffer?
Schrijf op!

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Link

This item has no instructions

Weer en klimaat
  • Weer: Toestand van de atmosfeer op een bepaald moment en een bepaalde plaats

  • Klimaat: Het gemiddelde weer in een gebied, berekend over een periode van 30 jaar

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

De klimaatzones

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Video

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Tropische klimaten

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Tropisch regenwoudklimaat



- Rondom evenaar
- Veel neerslag het gehele jaar
- Veel vegetatie
- Nooit kouder dan 18 graden Celcius
- Geen seizoenen / Weer altijd hetzelfde 
- Lagedrukgebied
(warme lucht met veel vocht)

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Droge klimaten

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Woestijnklimaat

- Minder dan 250mm regen per jaar
- Nauwelijks plantengroei
- Warm en droog (soms regen)
- In de nacht kan het vriezen
- Hogedrukgebieden

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Wat meet je als je "het weer" wilt bepalen?
A
Warmte en de kou
B
Warmte, regen en wind
C
Hoeveel graden het is over lange tijd
D
Warmte en de temperatuur

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Hoe kun je het klimaat van een gebied bepalen?
A
Je meet de warmte, neerslag en de wind
B
Je meet hoe warm het is gedurende 1 jaar
C
Je meet het weer over lange tijd
D
Je kijkt naar de zomer- en wintertemperauur

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions


A
Droog klimaat
B
Poolklimaat
C
Gematigd zeeklimaat
D
Tropisch klimaat

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions


A
Droog klimaat
B
Tropisch klimaat
C
Poolklimaat
D
Gematigd klimaat

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Huiswerk


Maken
LB 3.1  blz. 52-53
 WB 3.1  blz. 64
Opdracht 1 -2


timer
10:00

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk


Maken
LB 3.1  blz. 48-49
 WB 3.1  blz. 60
Opdracht 1 , 3


timer
20:00

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

H3 - paragraaf 1
Klimaten op aarde 2

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Programma, leerdoelen
Terugblik
Klimaatgrafiek
Uitleg 
Opdrachten maken
Controleren

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je:

- De vijf hoofdklimaten benoemen en benoemen waar ze voorkomen.

- Het verschil tussen weer en klimaat uitleggen.

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Welk woord past niet in de rij?
periode van 30 jaar- klimaat- weer- temperatuur
weer- toestand van de lucht- klimaat 
tropisch klimaat - veel regen- weinig vegetatie
veel vegetatie- woestijnklimaat - droog- warm/koud
boven 16 graden- veel vegetatie- veel regen
250mm regen- altijd warm, boven 18 graden - droog 

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Welk woord past niet in de rij?
1) periode van 30 jaar- klimaat- weer

2) weer- klimaat- toestand van de lucht – neerslag
3) tropisch kl. - veel regen- weinig vegetatie – bij de evenaar
4) droog- veel vegetatie- woestijnklimaat - warm/koud
5) boven 16 graden- veel vegetatie- veel regen- altijd warm
6) 250mm regen- altijd warm, boven 18 graden – droog- weinig vegetatie





Slide 28 - Slide

This item has no instructions

hoeveelheid neerslag per maand in mm
klimaatdiagram ->
Hoe werkt het?
Deze rode lijn geeft altijd de temperatuur  per maand aan.
Rechts staat de temperatuur in graden Celsius
De blauwe staafjes geven de neerslag per maand aan. Elke staafje is een maand van het jaar.

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

klimaatgrafieken
  • Maanden van het jaar.
  • Neerslag
  • temperatuur

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Wb blz.59
opdracht 4

Slide 32 - Slide

Samen tekenen op het bord
zij kunnen in het WB blz.59 opdr.4 maken

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Gematigd zeeklimaat

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Zeeklimaat
Matige temperaturen, dus.. Niet heel warm en niet heel koud

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Gematigd zeeklimaat
- Koele zomers en Zachte winters
- Het hele jaar regen
- Vooral loofbomen 
- 4 seizoenen
- Invloed van de zee

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Landklimaat

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Landklimaat
Extreme temperaturen, dus.. Heel warm of juist heel koud

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Landklimaat
- Zomer heel warm
- Winter heel koud
- Verder van zee
- Er groeien loofbomen en  naaldbomen
- Gehele jaar neerslag
- 4 seizoenen

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Poolklimaat

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Poolklimaat
- Bijna nooit hoger dan 0 graden 
- Het hele jaar valt er neerslag/ sneeuw
- Bijna geen planten 
- Bodem bedekt door
 ijs en sneeuw
- Winters donker en koud

Slide 41 - Slide

This item has no instructions


A
Poolklimaat
B
Tropisch klimaat
C
Droog klimaat
D
Gematigd klimaat

Slide 42 - Quiz

This item has no instructions

Welke foto past beter bij poolklimaat?
Waarom?

Slide 43 - Slide

This item has no instructions


A
tropisch klimaat
B
Droog klimaat
C
Pool klimaat
D
Landklimaat

Slide 44 - Quiz

This item has no instructions

Huiswerk


Maken
LB 3.1  blz. 52-53
 WB 3.1  blz. 64-65
Opdracht 3-6


timer
20:00

Slide 45 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk


Maken
LB 3.1  blz. 48-49
 WB 3.1  blz. 60-61
Opdracht 4-9


timer
9:00

Slide 46 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je:

- De vijf hoofdklimaten benoemen en benoemen waar ze voorkomen.

- Het verschil tussen weer en klimaat uitleggen.

Slide 47 - Slide

This item has no instructions

Welk woord past niet erbij?
periode van 30 jaar- klimaat- weer
weer- toestand van de lucht- klimaat
tropisch klimaat - veel regen- weinig vegetatie
veel vegetatie- woestijnklimaat - droog- warm/koud
boven 16 graden- veel vegetatie- veel regen
250mm regen- altijd warm, boven 18 graden - droog

Slide 48 - Slide

This item has no instructions

De klimaatgrafieken

Slide 49 - Slide

This item has no instructions

Slide 50 - Slide

This item has no instructions

zeeklimaat
tropisch klimaat
woestijnklimaat
landklimaat
poolklimaat

Slide 51 - Drag question

This item has no instructions