This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Je kunt onderwerpen op verschillende niveaus bekijken.
Schaalniveau = de grootte van het gebied waarnaar je kijkt. Op elk schaalniveau zie je andere dingen. Bijv: in Rotterdam kun je naar de wijken kijken.
Er zijn 5 schaalniveaus:
1. mondiaal
2. continentaal
3. nationaal
4. regionaal
5. lokaal
Je kijkt naar de hele wereld
Je kijkt naar een werelddeel, bijvoorbeeld Europa
Continent = een groot landmassa, veel landen bij elkaar.
Bijvoorbeeld: Europa, Noord-Amerika, Zuid-Amerika.
Je kijkt naar een gebied zoals een streek of een provincie.
Bij het lokale schaalniveau kijk je naar een klein gebied, meestal een stad of gemeente