If-zinnen

If-zinnen
Grammar
1 / 22
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

If-zinnen
Grammar

Slide 1 - Slide

Leerdoel(en)
Ik weet hoe ik op de juiste manier voorwaardelijke zinnen moet maken.

Slide 2 - Slide


Kies de juiste vormen:
I ___ around the world if I ___ rich.
A
travel, am
B
will travel, am
C
would travel, were
D
would have travelled, had been

Slide 3 - Quiz


Kies de juiste vormen:
Everytime a person ___ water to 100 degrees Celsius, it ___.
A
heats, boils
B
heat, will boil
C
heated, would boil
D
had heated, would have boiled

Slide 4 - Quiz


Kies de juiste vormen:
If you ___ harder, you ___ your exams. Better luck next time!
A
study, pass
B
study, will pass
C
studied, would pass
D
had studied, would have passed

Slide 5 - Quiz


Kies de juiste vormen:
Watch out! You ___ yourself if you ___ careful!
A
hurt, are not
B
will hurt, aren't
C
would hurt, weren't
D
would have hurt, hadn't been

Slide 6 - Quiz


Kies de juiste vormen:
Nowadays, I always ___ a jacket when it ___ cold.
A
wear, is
B
wear, will be
C
wore, would boil
D
had worn, would have been

Slide 7 - Quiz


Kies de juiste vormen:
If I ___ hard enough, I ___  my exams coming May.
A
study, pass
B
study, will pass
C
studied, would pass
D
had studied, would have passed

Slide 8 - Quiz


Kies de juiste vormen:
Even though it will never happen, I ___ a big house if I ___ the lottery.
A
buy, win
B
will buy, win
C
would buy, won
D
would have bought, had won

Slide 9 - Quiz


Kies de juiste vormen:
If you ___ you were coming I ___ something to eat. Now I have nothing.
A
say, have
B
say, will have
C
said, would have
D
had said, would have had

Slide 10 - Quiz

Snap je dit onderdeel?
Ga verder met je weektaak (zie It's Learning)

Slide 11 - Slide

If-zinnen
Er zijn vier verschillende vormen voor de if-zinnen (conditionals)
Kijk naar de werkwoorden. Wat valt op? Wat komt vaker terug?
Zero conditional
  • If you heat water to 100 degrees Celsius, it boils. 




First conditional
  • If you study hard, you will pass your exam.


Second conditional
  • If I won the lottery, I would buy a big house




Third conditional
  • If you had told me it was your birthday, I would have brought a present . 




Slide 12 - Slide

If-zinnen
Er zijn vier verschillende vormen voor de if-zinnen (conditionals)
Kijk naar de werkwoorden. Wat valt op? Wat komt vaker terug?
Zero conditional
  • If you heat water to 100 degrees Celsius, it boils. 




First conditional
  • If you study hard, you will pass your exam.


Second conditional
  • If I won the lottery, I would buy a big house




Third conditional
  • If you had told me it was your birthday, I would have brought a present . 




Feiten die altijd waar zijn

Slide 13 - Slide

If-zinnen
Er zijn vier verschillende vormen voor de if-zinnen (conditionals)
Kijk naar de werkwoorden. Wat valt op? Wat komt vaker terug?
Zero conditional
  • If you heat water to 100 degrees Celsius, it boils. 




First conditional
  • If you study hard, you will pass your exam.


Second conditional
  • If I won the lottery, I would buy a big house




Third conditional
  • If you had told me it was your birthday, I would have brought a present . 




Feiten die altijd waar zijn
Voorspelling

Slide 14 - Slide

If-zinnen
Er zijn vier verschillende vormen voor de if-zinnen (conditionals)
Kijk naar de werkwoorden. Wat valt op? Wat komt vaker terug?
Zero conditional
  • If you heat water to 100 degrees Celsius, it boils. 




First conditional
  • If you study hard, you will pass your exam.


Second conditional
  • If I won the lottery, I would buy a big house




Third conditional
  • If you had told me it was your birthday, I would have brought a present . 




Feiten die altijd waar zijn
Voorspelling
Denkbeeldige situatie

Slide 15 - Slide

If-zinnen
Er zijn vier verschillende vormen voor de if-zinnen (conditionals)
Kijk naar de werkwoorden. Wat valt op? Wat komt vaker terug?
Zero conditional
  • If you heat water to 100 degrees Celsius, it boils. 




First conditional
  • If you study hard, you will pass your exam.


Second conditional
  • If I won the lottery, I would buy a big house




Third conditional
  • If you had told me it was your birthday, I would have brought a present . 




Feiten die altijd waar zijn
Voorspelling
Denkbeeldige situatie
Had kunnen gebeuren

Slide 16 - Slide

If-zinnen
Er zijn vier verschillende vormen voor de if-zinnen (conditionals)
Kijk naar de werkwoorden. Wat valt op? Wat komt vaker terug?
Zero conditional
  • If you heat water to 100 degrees Celsius, it boils. 




First conditional
  • If you study hard, you will pass your exam.


Second conditional
  • If I won the lottery, I would buy a big house




Third conditional
  • If you had told me it was your birthday, I would have brought a present . 




Feiten die altijd waar zijn
Voorspelling
Denkbeeldige situatie
Had kunnen gebeuren
Als: present simple
Dan: present simple

Slide 17 - Slide

If-zinnen
Er zijn vier verschillende vormen voor de if-zinnen (conditionals)
Kijk naar de werkwoorden. Wat valt op? Wat komt vaker terug?
Zero conditional
  • If you heat water to 100 degrees Celsius, it boils. 




First conditional
  • If you study hard, you will pass your exam.


Second conditional
  • If I won the lottery, I would buy a big house




Third conditional
  • If you had told me it was your birthday, I would have brought a present . 




Feiten die altijd waar zijn
Voorspelling
Denkbeeldige situatie
Had kunnen gebeuren
Als: present simple
Dan: present simple
Als: present simple
Dan: will + werkwoord

Slide 18 - Slide

If-zinnen
Er zijn vier verschillende vormen voor de if-zinnen (conditionals)
Kijk naar de werkwoorden. Wat valt op? Wat komt vaker terug?
Zero conditional
  • If you heat water to 100 degrees Celsius, it boils. 




First conditional
  • If you study hard, you will pass your exam.


Second conditional
  • If I won the lottery, I would buy a big house




Third conditional
  • If you had told me it was your birthday, I would have brought a present . 




Feiten die altijd waar zijn
Voorspelling
Denkbeeldige situatie
Had kunnen gebeuren
Als: present simple
Dan: present simple
Als: present simple
Dan: will + werkwoord
Als: past simple
Dan: would + werkwoord

Slide 19 - Slide

If-zinnen
Er zijn vier verschillende vormen voor de if-zinnen (conditionals)
Kijk naar de werkwoorden. Wat valt op? Wat komt vaker terug?
Zero conditional
  • If you heat water to 100 degrees Celsius, it boils. 




First conditional
  • If you study hard, you will pass your exam.


Second conditional
  • If I won the lottery, I would buy a big house




Third conditional
  • If you had told me it was your birthday, I would have brought a present . 




Feiten die altijd waar zijn
Voorspelling
Denkbeeldige situatie
Had kunnen gebeuren
Als: present simple
Dan: present simple
Als: present simple
Dan: will + werkwoord
Als: past simple
Dan: would + werkwoord
Als: past perfect
Dan: would + present perfect

Slide 20 - Slide

Het verschil
Er zijn vier verschillende vormen voor de if-zinnen (conditionals)
Kijk naar de werkwoorden. Wat valt op? Wat komt vaker terug?
Zero conditional
She kills people if they don't tell her the truth. 




First conditional
She will kill you if you don't tell her the truth.


Second conditional
She would kill you if you told her the truth.




Third conditional
She would have killed you if you had told her the truth.




Seriemoordenaar
Voorspelling
Denkbeeldige situatie:
je gaat er vanuit dat de waarheid niet verteld gaat worden.
Je kunt de waarheid niet meer vertellen.

Slide 21 - Slide

Oefenen
Ga naar pagina's 44 & 45 en maak opdrachten 9 & 10.
Vragen? Laat het me weten :)!

Slide 22 - Slide