Formatieve toets H5

• Economie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

De kostprijs is € 240,-
Winstopslag is 40% van de verkoopprijs.
Hoeveel is de verkoopprijs?

1. € 96,-
2. € 336,-
3. € 400

De BTW is 21% VAN DE verkoopprijs. De verkoopprijs is dan ..... %

1. 121%
2. 100%
3. 79%

Hoe bereken je de verkoopprijs?

Verkoopprijs=...

1. Winst x Verlies
2. Verkoopprijs - Afzet
3. Brutowinst opslag x Verlies
4. Inkoopprijs + Brutowinst opslag

Een broodje kost inclusief BTW €2,50. De btw is 9%. Wat is de prijs exlusief btw?

1. € 2,72
2. € 2,06
3. € 2,36
4. € 2,29

Een boek kost exclusief BTW €18,-. De btw is 21%. Wat is de prijs inclusief btw?

1. € 21,78
2. € 14,22
3. € 3,78
4. € 85,71

Omzet =

1. afzet x verkoopprijs
2. afzet x brutowinst
3. afzet x verkoopwaarde
4. afzet x inkoopprijs

Omzet = €1.000,-
Brutowinst = €500,-
Inkoopwaarde = ...

1. € 1.500,-
2. € 500,-
3. -€ 500,-
4. -€ 1.500,-

Welke uitgaven gaan van de brutowinst af?

1. De bedrijfskosten
2. De inkoopwaarde
3. De omzet

Brutowinst is €500,- Mijn bedrijfskosten zijn €300,-
Nettowinst = ...

1. € 800,-
2. - € 200,-
3. € 200,-
4. -€ 800

Wat is het verschil tussen brutowinst en nettowinst?

1. De omzet
2. De inkoopwaarde
3. De bedrijfskosten
4. De afzet

Wat is de consumentenprijs?

1. verkoopprijs zonder btw
2. verkoopprijs
3. verkoopprijs met btw
4. inkoopprijs

De consumentenprijs van een telefoon is €599. Is dit inclusief of exclusief btw?

1. inclusief
2. exclusief

De verkoopprijs is € 96. Bereken de consumentenprijs met 21% btw.

1. € 116,16
2. € 20,16
3. € 119,95
4. € 115,95

De verkoopprijs exclusief 21% btw is €58. Wat is de consumentenprijs?

1. €47,93
2. €70,2
3. €70,18
4. €48,12