What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Paragraaf 13 Woordvolgorde
§13 L'ordre des mots
Kijk eens goed:
Hier
ma soeur
a écrit
une lettre
à ma mère
Demain
je
vais faire
mes devoirs
à l'école
1 / 15
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4,5
This lesson contains
15 slides
, with
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
§13 L'ordre des mots
Kijk eens goed:
Hier
ma soeur
a écrit
une lettre
à ma mère
Demain
je
vais faire
mes devoirs
à l'école
Slide 1 - Slide
Wat valt je op?
Voorbeelden:
-
Nous
sommes
en vacances en France.
-
Nous
sommes allés
en vacances en France.
-
Nous
allons aller
en vacances en France.
-
Nous
irons
en vacances en France
-
Nous
avons voulu aller
en vacances en France ?
-
Slide 2 - Slide
Wat komt er na het gezegde?
Nous
avons donné
de
s cadeaux
à nos amis
Le prof
va enseigner
les maths
à ses élèves
Le guide
raconte
l'histoire
du monument historique
au touriste
Le chien
a apporté
la balle
à son maître
Slide 3 - Slide
Kijk eens naar begin en einde
1.
Vanavond, heeft Eva geen cadeau aan haar broer gegeven
Ce soir,
Eva
n'
a
pas
donné
un cadeau
à son frère
.
2.
Ik zal volgende week niet naar school kunnen gaan
La semaine prochaine
je
ne
pourrai
pas
aller
à l'école
Slide 4 - Slide
NE
...
persoonsvorm
...
PAS/PLUS/RIEN
voorbeelden:
Je
ne
veux
pas
aller
en France. (gezegde = veux aller)
Tu
n'
es
plus
allé
en vacances en France. (gezegde = es allé)
Elle
n'
a
jamais
été
en France. (gezegde = a été)
Nous
n'
avons
rien
pu
faire
en France. (gezegde = avons pu faire)
Slide 5 - Slide
§13 Standaard zinsvolgorde
Bepalingen van tijd/plaats
-
onderwerp
-
ww gezegde
-
lijdend voorwerp
-
meewerkend voorwerp
- bepalingen van plaats/tijd
Hier
ma soeur
a écrit
une lettre
à ma mère
Demain
je
vais faire
mes devoirs
à l'école
Slide 6 - Slide
Alle werkwoorden staan
altijd
bij elkaar
Voorbeelden:
-
Nous
sommes
en vacances en France.
-
Nous
sommes allés
en vacances en France.
-
Nous
allons aller
en vacances en France.
-
Nous
irons
en vacances en France
-
Nous
avons voulu aller
en vacances en France ?
-
Slide 7 - Slide
1. De bepaling van
tijd
staat in het Frans aan het
begin
of het
einde van de zin.
Après
, on va manger ensemble.
Daarna
gaan we samen eten.
2. De bepaling van
plaats
staat in het Frans meestal aan
einde van de zin.
On va manger ensemble
au
restaurant
.
We gaan samen eten in het
restaurant.
3. Als je een
tijd
- en een
plaats
bepaling in één zin hebt, heb je 2 opties:
- eerst de
tijd (vooraan)
en dan de
plaats (achteraan).
Cet
après-midi,
je vais jouer de la guitare dans
ma
chambre.
(ik ga
vanmiddag
gitaar spelen in
mijn kamer)
- Je zet ze beide achteraan met eerst de
plaats
en dan de
tijd
:
Je vais jouer de la guitare
dans ma chambre
cet après-midi.
Woordvolgorde: bepalingen
van tijd en plaats
Slide 8 - Slide
Woordvolgorde Frans: ontkennende zin
De ontkenning staat alijd om het
eerste ww
heen!
1.
Vanavond, heeft Eva geen cadeau aan haar broer gegeven
Ce soir,
Eva
n'
a
pas
donné
un cadeau
à son frère
.
2.
ik ga morgen geen jurk kopen
Je
ne
vais
pas
acheter
de
robe
demain.
3.
Ik zal volgende week niet naar school kunnen gaan
La semaine prochaine
je
ne
pourrai
pas
aller
à l'école
Slide 9 - Slide
Plaats van het bijwoord
De plaats van het bijwoord is afhankelijk van waar het betrekking op heeft.
Op de hele zin : helemaal vooraan
Heureusement,
mon prof ne sera jamais remplacé par un robot
Op een bijvoeglijk naamwoord of bijwoord : direct ervoor
Je pense que c'est une
très
bonne
i
dée.
Il a
trop
vite
changé d'avis.
Op een ww : direct achter de persoonsvorm (= het 1e ww) behalve als deze ontkennend is, dan na het 2e deel van de ontk.
J'
aime
beaucoup
les fraises
Je
n'
aime
pas
beaucoup
les fraises
J'
ai
toujours
détesté
les notes.
Je
n'
ai
pas
toujours
détesté
les notes
Slide 10 - Slide
Eerst lijdend vw dan meewerkend vw
Nous
avons donné
de
s cadeaux
à nos amis
Le prof
va enseigner
les maths
à ses élèves
Le guide
raconte
l'histoire
du monument historique
au touriste
Le chien
a apporté
la balle
à son maître
Slide 11 - Slide
Het lijdend en meewerkend voorwerp als persoonlijk voornaamwoord
Infinitif / heel ww in de zin? : vóór het hele ww
Il
va
le
faire.
Anders: vóór het 1e ww
Il
l'
a fait.
Ontkenning altijd om 1e ww (met het vnw.) heen:
Il
ne
va
pas
le
faire.
Il
ne
l'
a
pas
fait.
Slide 12 - Slide
Standaard zinsvolgorde Frans
bepalingen van plaats/tijd
-
Onderwerp
-
ww gezegde
-
lijdend voorwerp
-
meewerkend voorwerp
- bepalingen van plaats/tijd
Slide 13 - Slide
Standaard zinsvolgorde Frans
bepalingen van plaats/tijd
-
Onderwerp
-
ww gezegde
-
lijdend voorwerp
-
meewerkend voorwerp
- bepalingen van plaats/tijd
L'année dernière
notre école
a lancé
un nouveau projet
Slide 14 - Slide
Standaard zinsvolgorde Frans
bepalingen van plaats/tijd
-
Onderwerp
-
ww gezegde
-
lijdend voorwerp
-
meewerkend voorwerp
- bepalingen van plaats/tijd
Récemment
notre école
a lancé
un nouveau projet
pour améliorer l'enseignement.
Slide 15 - Slide
More lessons like this
L'ordre des mots dans la phrase française/Woordvolgorde
September 2024
- Lesson with
15 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4,5
§13 Woordvolgorde
November 2022
- Lesson with
16 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4,5
Paragraaf 13 Woordvolgorde
January 2024
- Lesson with
15 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4,5
Paragraaf 13 Woordvolgorde
September 2024
- Lesson with
15 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4,5
Paragraaf 13 Woordvolgorde
September 2024
- Lesson with
15 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4,5
Paragraaf 13 Woordvolgorde
September 2024
- Lesson with
15 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4,5
Paragraaf 13 Woordvolgorde
October 2024
- Lesson with
15 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4,5
Paragraaf 13 Woordvolgorde
June 2024
- Lesson with
15 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4,5