2M2: H1-1.5c bespreking SO

• Wiskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Vooraan gaan zitten:

• Imane
• Rashed
• Ellyov
• Zeger
• Jemuel
• Gwenn
• Riham
• Floris

Welkom!

     Pak je boek, schrift, pen,

       rekenmachine en iPad

Programma

• Aanwezigheidscontrole
• Bespreking SO
• Opgaven maken

• Afsluiting  

Aanwezigheidscontrole

opgave 1A

Welk figuur is A?

1. driehoek
2. gelijkbenig driehoek
3. gelijkzijdige driehoek
4. parallellogram

opgave 1B

Welk figuur is B?

1. trapezium
2. parallellogram
3. gelijkbenig trapezium
4. gelijkbenig parallellogram

opgave 1C

Welk figuur is C?

1. driehoek
2. gelijkbenig driehoek
3. gelijkzijdige driehoek
4. parallellogram

opgave 1D

Welk figuur is D?

1. trapezium
2. parallellogram
3. gelijkbenig trapezium
4. gelijkbenig parallellogram

opgave 1E

Welk figuur is E?

1. vierkant
2. parallellogram
3. vlieger
4. ruit

opgave 2

Wanneer is een driehoek rechthoekig?

1. Als je 90 graden MEET met je geodriehoek
2. Als je UITREKENT dat het ONGEVEER 90 graden is
3. Als je UITREKENT dat het PRECIES 90 graden is

Een hoek van 62 graden
en van 26 graden.
Hoeveel graden is de derde hoek?

1. 90
2. 92
3. 94
4. 96

Een driehoek met hoeken van
62, 26 en 92 graden.
Is dit een rechthoekige driehoek?

1. ja
2. nee

opgave 3

Een hoek van 17 graden
en van 33 graden.
Hoeveel graden is de derde hoek?

1. 100
2. 110
3. 120
4. 130

opgave 4A

Wat betekent gelijkzijdig?

1. de driehoek heeft 2 even grote zijden
2. de driehoek heeft 3 even grote zijden

Is driehoek KLN gelijkzijdig?

1. ja
2. nee

opgave 4b

Welke hoek moet je weten om hoek L2 uit te rekenen?

Wat weet je van twee hoeken als de driehoek gelijkbenig is?

1. de hoeken zijn allemaal 60 graden
2. twee hoeken zijn bij elkaar 180 graden
3. twee hoeken zijn even groot
4. twee hoeken zijn bij elkaar 90 graden

opgave 4b

 L2 = 90 - 52 = 38 graden

opgave 4C

Welke hoek moet je weten om hoek N2 uit te rekenen?

opgave 4C

hoek N1 = 180 - 52 - 52 = 76 graden

Wat weet je van twee hoeken als ze samen een rechte lijn vormen?

1. de hoeken zijn allemaal 60 graden
2. twee hoeken zijn bij elkaar 180 graden
3. twee hoeken zijn even groot
4. twee hoeken zijn bij elkaar 90 graden

opgave 4C

hoek N2 = 180 -76 = 104 graden

opgave 4d

hoek L2 = 38  en hoek N2 = 104 Hoeveel is hoek M?

hoek L2 = 38 en hoek N2 = 104 Hoeveel is hoek M?

1. 28
2. 38
3. 42
4. 52

opgave 4d

hoeken zijn: L2 = 38 + N2 = 104 + M=38 dus gelijkbenig

opgave 5

driehoek waarvan je weet
hoe lang 3 zijden zijn.
Hoe pak je dat aan?

1. lijn tekenen -> nog een lijn -> nog een lijn
2. lijn tekenen -> passer twee keer -> snijpunt geeft driehoek
3. laatste hoek uitrekenen -> lijnen met goed hoek tekenen

opgave 5

opgave 6

driehoek waarvan je
1 zijde en 2 hoeken weet.
Hoe pak je dat aan?

1. lijn tekenen -> nog een lijn -> nog een lijn
2. lijn tekenen -> passer twee keer -> snijpunt geeft driehoek
3. laatste hoek uitrekenen -> lijnen met goed hoek tekenen

opgave 6

opgaven maken

Dit had af vorige week af moeten zijn:

74, 75, 76, 77, 78

79, 81, 82, 83

Dit moet voor morgen af:

84, 85, 87, 88

Morgen komt er weer huiswerk bij

Afsluiting

Wat heb je deze les geleerd?

• hoekensom vierhoek
• berekenen van hoeken in een vierhoek

• Volgende les: herhaling. 
• Neem wel steeds je geodriehoek en potlood mee!

• Jullie mogen nu inpakken