De Rijn en Maas: Het Verloop van Rivieren

• Aardrijkskunde
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 5

De Rijn en Maas: Het Verloop van Rivieren

Leerdoel

Aan het einde van de les kunnen jullie de Rijn en Maas indelen in een lengteprofiel aan de hand van fysische omgevingsfactoren.

Wat weet je al over de Rijn en de Maas?

Jigsaw-methode

We gaan werken met de Jigsaw-methode. Dit betekent dat jullie in groepen worden verdeeld en elk een stukje van de rivier bestuderen.

Vandaag maken we stap 1 van het werkblad. 

Groepsopdracht

Bestudeer de fysische omgevingsfactoren die het verloop van de rivier beïnvloeden, zoals ligging, klimaat, hoogteverschillen en geologie. Gebruik hiervoor de atlas (bijvoorbeeld kaart 70), 74 en de kaarten op nationaal schaalniveau zoals Duitsland).

Maak een lengteprofiel van de rivier aan de hand van jullie bevindingen in de expertgroepjes.

Kaarten van het stroomgebied

Bekijk de kaarten van het stroomgebied van de Rijn en de Maas om meer inzicht te krijgen.

Koppel begrippen uit p6.1 aan je lengteprofiel. 

Dit is stap 1 van het werkblad.

VOORBEELD LENGTEPROFIEL

Presentatie

Presenteer jullie lengteprofiel aan de rest van de klas en geef toelichting op jullie bevindingen.

Gezamenlijk lengteprofiel

Verbind alle lengteprofielen aan elkaar om het totale lengteprofiel van de rivier te vormen.

Afsluiting

Vat de belangrijkste bevindingen samen en verbind deze met het onderwerp van de lessenreeks.

Fysische omgevingsfactoren

Bestudeer de fysische omgevingsfactoren die het verloop van de rivier beïnvloeden.

Wat heb je geleerd?

Wat neem je mee van deze les?

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.