4.2 Stoffen veranderen door ontleden

1 / 29
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide


Galloperen als een zebra
Pas rijden als er wordt getoeterd

Slide 2 - Poll

Leerdoelen van vandaag
Je kunt drie verschillende manieren van het ontleden van een stof benoemen en beschrijven.

Je weet wat het toestel van Hoffmann doet

Slide 3 - Slide

4.2
Stoffen veranderen
door ontleden

Slide 4 - Slide

Ontleden?
Het woord ontleden geeft al een beetje aan wat we er met scheikunde mee bedoelen:

ont·le·den (ontleedde, heeft ontleed)
1. in delen scheiden: een zin ontleden in zinsdelen ontbinden
2. de afzonderlijke delen onderzoeken

Slide 5 - Slide

Vorige les
Vorige les hebben we het gehad over verbrandingsreacties, ontledingsreacties en faseovergangen. 

We nemen even de tijd heel even de tijd om het verschil tussen die 3 weer even duidelijk te hebben. 
Dus log in op lessonup

Slide 6 - Slide

Als iets verhit wordt zonder zuurstof is het dan een verbrandingsreactie of ontledingsreactie?
A
verbrandingsreactie
B
ontledingsreactie

Slide 7 - Quiz

Wat gebeurt er als je papier verhit in een reageerbuis?
A
Fase-overgang
B
Scheiding
C
Verbranding
D
Ontleding

Slide 8 - Quiz

Wat gebeurt er als je papier verhit zonder dat het in een reageerbuis zit?
A
Fase-overgang
B
Scheiding
C
Verbranding
D
Ontleding

Slide 9 - Quiz

Het zuur worden van melk is een ...
A
Fase-overgang
B
Scheiding van een mengsel
C
Vorming van een mengsel
D
Chemische reactie

Slide 10 - Quiz

Roesten van een oude fiets is een ...
A
Fase-overgang
B
verbrandingsreactie
C
Vorming van een mengsel
D
ontledingsreactie

Slide 11 - Quiz

een ontleding is een....
A
reactie met zuurstof
B
reactie waarbij altijd energie nodig is
C
reactie waarbij uit meerdere stoffen één stof wordt gemaakt
D
reactie waarbij uit één stof meerdere stoffen worden gemaakt

Slide 12 - Quiz

Ontleding
We gaan het vandaag echt alleen over het ontleden van stoffen hebben. 

Dus je begint met 1 stof, en achter de pijl worden het er meerdere. 

Zilverchloride (s) -> Zilver (s) + Chloor (g)


Slide 13 - Slide

Verschillende energie bronnen
Om een stof te ontleden is energie nodig. 
We gaan het hebben over 3 verschillende soorten energie die gebruikt worden in ontledingsreacties

Slide 14 - Slide

Elektriciteit
Licht
Warmte
Fotolyse
Elektrolyse
Thermolyse

Slide 15 - Drag question

Thermolyse
  • Ontleding dmv warmte.
  • suiker (s) -> koolstof (s) + water (l) + gassen (g)

Slide 16 - Slide

Filmpje: fotolyse van zilverchloride


Noteer:
  • Waarnemingen voor en na de reactie met extra fel licht.



Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Fotolyse van zilverchloride
Voor: witte vaste stof
Na: met licht is het donkerder geworden.

Reactieschema: Zilverchloride --> zilver + chloor

Slide 19 - Slide

Elektrolyse
Voor de elektrolyse van water maak je gebruik van het toestel van Hofmann. 


  • ontleding dmv elektriciteit



Slide 20 - Slide

Ontleden van water
Water bestaat uit watermoleculen. Deze moleculen kun je ontleden in Waterstof- en Zuurstofatomen.

Daarna kun je deze gassen gebruiken. Bekijk het volgende filmpje maar. 

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Ontleden van water
We zetten dit even in een reactieschema (in woorden)

Water (l) -> Waterstof (g) + Zuurstof (g)

Op de volgende pagina zie je de reactievergelijking (in formuletaal, en kloppend (de juiste aantallen atomen en moleculen). 

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Hoe noem je de ontleding van water?
A
Fotolyse
B
Elektrolyse
C
Thermolyse

Slide 25 - Quiz

Hoe noem je het apparaat waarmee het water werd ontleed?
A
Toestel van Herman
B
Toetstel van Newton
C
Toetsel van Einstein
D
Toestel van Hoffman

Slide 26 - Quiz

Wat is de beginstof van het ontleden van water?
A
Water
B
Waterstof
C
Zuurstof
D
Elektriciteit

Slide 27 - Quiz

Wat zijn de reactieproducten van het ontleden van water?
A
Water
B
Waterstof
C
Zuurstof
D
Elektriciteit

Slide 28 - Quiz

Aan de slag
Maak nu 4.2. 

Lees de tekst, maak de opdrachten. 

Slide 29 - Slide