H3 3.2 Oppervlakte driehoek

3.2 Oppervlakte driehoek
1 / 17
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

3.2 Oppervlakte driehoek

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

3.2 Oppervlakte driehoek
Neem de volgende begrippen vervolgens over in je schrift:
  1. oppervlakte driehoek = zijde x bij behorende hoogte : 2


Slide 4 - Slide

Boek blz 85 opdracht 10 
We maken deze opdracht samen.

  1. Teken          ABC precies zoals -->

Slide 5 - Slide

We maken deze opdracht samen.

  1. Vanuit C een hoogtelijn op AB

Slide 6 - Slide

We maken deze opdracht samen.

  1. Vanuit C een hoogtelijn op AB
  2. Vanuit A een hoogtelijn op BC

Slide 7 - Slide

We maken deze opdracht samen.

  1. Vanuit C een hoogtelijn op AB
  2. Vanuit A een hoogtelijn op BC
  3. Vanuit B een hoogtelijn op AC

Slide 8 - Slide

Maak de hoogtelijn en de bijbehorende zijde elke keer dezelfde kleur.

Slide 9 - Slide

Wat is nu belangrijk?
Je leert dit hoofdstuk dat de zijde en de bijbehorende hoogte bij elkaar horen. Als je de zijde vermenigvuldigt met de bijbehorende hoogte en je deelt dit antwoord door 2, dan kan je de oppervlakte van de driehoek berekenen.

Slide 10 - Slide

3.2 Oppervlakte driehoek
We gaan het toepassen
Zijde x bb hoogte : 2


Slide 11 - Slide

Wat is de bijbehorende hoogte?
A
KM
B
NM
C
NL
D
KL

Slide 12 - Quiz

Wat is de bijbehorende hoogte?
A
10
B
18
C
7
D
2

Slide 13 - Quiz

Welke zijde vormt een
90 graden hoek met de
bijbehorende zijde?
A
KM
B
NL
C
KN
D
KL

Slide 14 - Quiz

3.2 Oppervlakte driehoek
We gaan het toepassen
Zijde x bb hoogte : 2

18       x           7          : 2 =

126                              : 2 = 63


Slide 15 - Slide

Als je nu kijkt naar je aantekeningen. Welk cijfer geef je jezelf als je kijkt naar hoe netjes je het hebt gemaakt?

Slide 16 - Mind map

Samenvatting
Je leert dit hoofdstuk dat de zijde en de bijbehorende hoogte bij elkaar horen. Als je de zijde vermenigvuldigt met de bijbehorende hoogte en je deelt dit antwoord door 2, dan kan je de oppervlakte van de driehoek berekenen.

Je moet de bijbehorende hoogtelijn kunnen vinden en kunnen tekenen.

Slide 17 - Slide