KR les 1a

Klinisch redeneren
1 / 35
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 4

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Klinisch redeneren

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Terug naar de loep
Verdieping van Klinisch redeneren bij zorggroepen
Afronding in periode 1 d.m.v. een theorietoets (socrative en open vragen).
Afronden met minimaal een 6.0

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Wat weet je nog over
klinische redeneren?

Slide 7 - Mind map

Waar staan de 3 O's voor bij klinische redeneren?
A
Onderhandelen, ondersteunen, ontvangen
B
Onderzoeken, oefenen, oordelen
C
Observeren, ordenen, oordelen
D
Opslaan, ontwikkelen, overdenken

Slide 8 - Quiz

Wat is stap 3 in het proces van klinisch redeneren?
A
Klinische probleemstelling
B
Klinisch beleid
C
Aanvullend klinisch onderzoek
D
Klinisch verloop

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Welke symptomen kan je zien aan de huid van de patiënt?

Slide 12 - Mind map

Slide 13 - Slide

Na observeren en meten, wat zou er mis zijn met de patiënt?
Welke hulpmiddelen kan je gebruiken?

Slide 14 - Mind map

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

ABCDE Benadering
Airway,
Breathing,
Circulation,
Disability, 
Exposure. 

Slide 19 - Slide

Het controleren van de ademfrequentie valt onder:
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 20 - Quiz

Het controleren van de huidskleur valt onder:
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 21 - Quiz

Het controleren van de glucose valt onder:
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 22 - Quiz

SBAR

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Video

Nu de verdieping in...
leerjaar 3 


Klinische redenatie toepassen bij zorgvragers met gynaecologische en obstetrische zorgvragers

Slide 25 - Slide

Waar denk je aan bij
gynaecologie en obstetrie?

Slide 26 - Mind map

 Obstetrie en Gynaecologie
verdeling afhankelijk per ziekenhuis

gynaecologie --> meer dan alleen baby's, 
              carninomen, verzakkingen, IVF trajecten, abortus
obstetrie --> wel zorg voor zwangere patiënten of hun                                    pasgeboren baby


Slide 27 - Slide

Meest voorkomende ziektebeelden
vormen van zwangerschapsvergiftiging

zoals;
zwangerschapshypertensie
(pre)eclampsie
HELPP syndroom

Slide 28 - Slide

(Pre) eclampsie
Welke van de volgende symptomen komen wel of niet voor bij het ziektebeeld (pre) eclampsie

Slide 29 - Slide

Wel
Geen
verhoogde prikkelbaarheid
Epileptische insulten
Hoofdpijn
Tintelingen in de handen
Bandgevoel om de buik
lage bloeddruk
Eiwit in de urine
Ontstaat in het 1e trimester van de zwangerschap

Slide 30 - Drag question

Wat is het verschil tussen
pre-eclampsie en eclampsie?
A
Eclampsie is een ernstigere vorm van hypertensie waarbij de moeder ook gevaar loopt
B
Pre-eclampsie komt alleen voor bij vrouwen ouder dan 30 jaar
C
Er is geen verschil tussen pre-eclampsie en eclampsie
D
Eclampsie komt alleen voor bij vrouwen jonger dan 20 jaar

Slide 31 - Quiz

Slide 32 - Slide


Dreigende 
vroeggeboorte

Slide 33 - Slide

afsluiting
Maak de e-learning op expert college


Slide 34 - Slide

Tot volgende week!

Slide 35 - Slide