Les 6: Toets Meetkunde

• Rekenen
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

Toets

Welkom bij de toets meten en meetkunde

In deze toets krijg je veel verschillende vragen over wat je de afgelopen weken hebt geleerd. Dit gebruiken we voor een beoordeling in Profijt. 

Je mag een rekenmachine gebruiken. 

Klaar? Werk in Numo aan rekenen. 

Veel succes!

Hoe noem je dit meet-instrument?

1. Liniaal
2. Rolmaat
3. Meetlint
4. Duimstok

Hoe noem je dit meet-instrument?

1. Meetlint
2. Duimstok
3. Rolmaat
4. Liniaal

Een millimeter is ongeveer net zo dik als.....

1. een tafelblad
2. een teen
3. een nagel
4. een duim

De goede volgorde van klein naar groot is:

1. centimeter, millimeter, meter, kilometer
2. kilometer, meter, centimeter, millimeter
3. millimeter, meter, centimeter, kilometer
4. millimeter, centimeter, meter, kilometer

Hoeveel centimeter passen er in 1 meter?

1. 1
2. 10
3. 100
4. 1000

1 meter is ongeveer.....

1. net zo lang als eens voet
2. één grote stap
3. net zo hoog als de deur
4. net zo dik als je duim

Als ik wil weten hoe groot ik ben, dan meet ik mijn....

1. Breedte
2. Lengte
3. Dikte
4. Hoogte

Hoe lang is een kilometer?

1. 10 meter
2. 100 meter
3. 1000 meter
4. 10.000 meter

De afstand van huis naar school meet je in....

1. millimeters
2. centimeters
3. meters
4. kilometers

Hoeveel cirkels zie je hier?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Hoeveel rechthoeken zie je hier?

1. 11
2. 12
3. 13
4. 14

Welk voorwerp heeft de vorm van een balk?

1. 
2. 
3. 
4. 

Welk voorwerp heeft de vorm van een kubus?

1. 
2. 
3. 
4. 

Welk voorwerp heeft de vorm van een bol?

1. 
2. 
3. 
4. 

Welk voorwerp heeft de vorm van een piramide?

1. 
2. 
3. 
4. 

Ruimtelijke figuren (3D)

Piramide

Balk

Bol

Kubus

Figuren kunnen we indelen in vlakke figuren en ruimtefiguren.

Sleep de namen van de figuren naar de juiste plek.

Vlak figuur

Ruimtelijk figuur

Balk

Bol

Kubus

Piramide

Vierkant

Driehoek

Rechthoek

De afstand naar Haarlem of Amsterdam geef ik aan in ..........

1. meters
2. kilometers
3. hectometers
4. centimeters

Wat wordt bedoeld met de zin:
De achtertuin is 15 meter diep.

1. Hoe diep je kunt graven.
2. Hoe lang de tuin is.
3. Hoe breed de tuin is
4. Hoe hoog de tuin is.

Hoeveel water in een emmer gaat geef je aan in...

1. milliliters
2. kiloliters
3. liters
4. hectoliters

Het aantal druppels hoestdrank op een lepel meet je in...

1. milliliter
2. deciliter
3. liter
4. hectoliter

1

3

2

4

5

6

7

km

hm

dam

m

dm

cm

mm

1

3

2

4

5

6

7

ml

hl

l

dl

cl

kl

dal

Hoeveel cm is het hout?

1. 59 cm
2. 59,5 cm
3. 60 cm
4. 60,5 cm

Hoeveel cm is het hout?

1. 72 cm
2. 73 cm
3. 71,5 cm
4. 72,5 cm

Ongeveer 1 mm

Groter dan 1 mm

Wat is ongeveer een millimeter?

1. Je kleine teen
2. Een potlood
3. Een sluiting van een armbandje
4. Een hond

1. 64,5 cm
2. 65,9 cm
3. 64,8 cm
4. 65 cm

Wat is verder?
2 m of 2 km

1. 2 m
2. 2 km

Wat is verder?
2 km of 3000 m

1. 2 km
2. 3000 m

4 km

3755 m

3575 m

3 km

1. Lisa
2. Nienke

Wat is de omtrek?

1. 10
2. 15
3. 18
4. 22

Wat is de omtrek?

1. 26
2. 28
3. 16
4. 24,75

De schutting om deze tuin kost €15,- per meter. Hoeveel kost de schutting in totaal?

1. bereken de omtrek
2. omtrek x prijs per meter

1. €230,-
2. €270,-
3. €320,-
4. €330,-

Einde toets

Ga in NUMO met rekenen aan de slag.