Spelling 2

Spelling 2
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsBasisschoolGroep 8

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Spelling 2

Slide 1 - Slide

Schrijf een woord op met een eindstuk

Slide 2 - Mind map

Eindstukken
Je hebt 12 soorten eindstukken
1. -ig --> regelmatig
2. -lijk --> schandelijk
3. -tie --> vakantie
4. -teit --> kwaliteit
5. -ing --> betaling 
6. -heid --> veiligheid
7. -ieel --> principieel
8. - iaal --> geniaal
9. -eaal --> ideaal
10. -ueel --> visueel
11. -isch --> elektronisch
12. -air --> meubilair

Slide 3 - Slide

Verzin een woord met het eindstuk:
ig

Slide 4 - Open question

Verzin een woord met het eindstuk:
lijk

Slide 5 - Open question

Verzin een woord met het eindstuk:
tie

Slide 6 - Open question

Verzin een woord met het eindstuk:
teit

Slide 7 - Open question

Verzin een woord met het eindstuk:
ing

Slide 8 - Open question

Verzin een woord met het eindstuk:
heid

Slide 9 - Open question

Verzin een woord met het eindstuk:
ieel

Slide 10 - Open question

Verzin een woord met het eindstuk:
iaal

Slide 11 - Open question

Verzin een woord met het eindstuk:
ueel

Slide 12 - Open question

Verzin een woord met het eindstuk:
isch

Slide 13 - Open question

Verzin een woord met het eindstuk:
air

Slide 14 - Open question

Zelfstandig werken
Maak blz. 56 van je werkboek (C mag je overslaan)
Klaar? Maak blz. 63 van je werkboek

Klaar? 3* werkwoordpaard (30*) en 2* spellingsmol (20*)
Klaar? Junior Einstein weektaak
Klaar? TaalBlobs
Klaar? 3* grammaticaklussers erbij
Succes :-)

Slide 15 - Slide