Hoofdstuk 2.5

• Economie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

H2 §5

Bankieren

Vandaag:

Lesdoel

Uitleg 

Aan de slag

Lesdoel

Aan het einde van deze les kunnen jullie uitleggen:

• hoe je bankzaken moet regelen.

De bankrekening

• Zonder een eigen bankrekening met bankpas kun je niet aan het betalingsverkeer meedoen. 
• Je kunt bijvoorbeeld niet betalen bij een betaalautomaat of pinnen bij een geldautomaat.
• Alle betalingen en inkomsten zie je in het transactieoverzicht.
• Daar staat waaraan je geld uitgeeft en wat er aan geld binnenkomt. 
• Positief saldo: je hebt meer dan 0 euro.

Wat heb je nodig om te betalen bij een betaalautomaat?

Rood staan

• Als je meer geld uitgeeft dan je hebt kom je rood te staan.
• Dit betekend dat je een negatief saldo hebt.
• Je hebt dan minder dan 0 euro. 
• Dit kan je zien als schuld bij de bank. 

Internetbankieren

• Internetbankieren is het online regelen van je bankzaken. 
• Online kan je banksaldo opvragen, geld betalen en de betalingen controleren. 
• Als je wilt internetbankieren, heb je wel een pincode nodig. 
• Bij iedere bank werkt dit op een andere manier. T
• Veel banken hebben ook een eigen app. 
• Je kan ook een betaalopdracht geven, om bijvoorbeeld een factuur te betalen. 

Wat kun je allemaal regelen met internetbankieren? Noem twee voorbeelden.

Automatische incasso

• Sommige bedrijven mogen (met je toestemming) elke maand een bedrag van je rekening afschrijven. 
• Dit heet een automatische incasso. 
• Deze toestemming noem je een machtiging. 
• Deze machtiging kan je op elk moment intrekken.
• Automatische incasso: Een bedrijf haalt met toestemming van de klant een bedrag van de bankrekening af.
• Machtiging: De toestemming aan een bedrijf om een bepaald geldbedrag van een bankrekening af te schrijven.

Waarom mag een energiebedrijf geld afschrijven van je rekening?

Online shoppen

• Steeds meer mensen kopen via webshops. 
• Dit heeft voordelen en nadelen. 
• Een voordeel is dat je de prijzen van producten goed kan vergelijken. 
• Een nadeel is dat je alleen het product op een foto ziet. 
• Bij online winkelen betaal je bijvoorbeeld via iDEAL. 
• iDEAL is een manier om via internet te betalen. 
• Je betaalt dan via je eigen bank.

Noem een VOORdeel en een NAdeel van online shoppen

Aan de slag!

• Ga aan de slag met H2 §5
• Zorg dat je ook de rekentrainer maakt. 
• Klaar? Maak versterk jezelf. 
• Je werkt voor jezelf. 
• Je mag een rekenmachine gebruiken (geen telefoon).
• Je werkt in stilte.